Plaatsing van de Dash Cam
Voor een veilige werking van uw Dash Cam in uw voertuig, lees de onderstaande opmerkingen zorgvuldig.
Controleer de stand van zaken van lokale wetgeving en verordeningen voordat u het apparaat op de
voorruit gebruikt.
Sommige wetgeving verbiedt of beperkt het plaatsen van voorwerpen op de voorruit van een
motorvoertuig.
HET IS DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE GEBRUIKER OM BIJ HET MONTEREN VAN HET APPARAAT TE
VOLDOEN AAN ALLE TOEPASSELIJKE WETGEVING EN VERORDENINGEN.
Monteer het Nextbase™-apparaat altijd op een plaats die het zicht van de bestuurder op de weg niet
belemmert.
Nextbase aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid voor enige boetes, straffen of schade als gevolg
van enige plaatselijke wet of verordening met betrekking tot het gebruik van het Nextbase-apparaat.
U moet de dashcam volgens de installatie-instructies zodanig installeren dat deze het zicht op de weg van
de bestuurder NIET belemmert (rood, boven), bij voorkeur aan de passagierszijde van het voertuig en
achter de achteruitkijkspiegel.
De dashcam moet door een heldere sectie van de voorruit wijzen, in een gedeelte dat door de
ruitenwissers wordt gewist (groen, boven). De dashcam moet echter zodanig worden geïnstalleerd dat
deze niet binnen een aanzienlijk deel van het gewiste gedeelte valt. De wetgeving in het VK staat een
maximale overlapping van 40 mm in het groene gewiste gebied toe.
De kabel verbergen
Zorg ervoor dat er geen hangende kabels het zicht door de achterruit belemmeren. Zorg ervoor dat er
zich geen knikken in de kabel bevinden als u deze verbergt. Gebruik indien nodig het 'cable tidy tool' dat
bij de dashcam is inbegrepen; dit kan worden gebruikt om de bekleding van de auto los te maken (zie
onderstaande illustratie).
Opmerkingen over de plaatsing van de dashcam
- Bevestiging de Dash Cam NIET vóór de bestuurder, zoals aangegeven door het rode gebied in de
illustratie links op deze pagina.
- Wanneer u de Dash Cam in een voertuig monteert, zorg er dan altijd voor dat het apparaat stevig
tegen de voorruit is gedrukt, en probeer de stroomkabel onder de richel te verbergen waar
mogelijk.
- Let erop dat de stroomkabel van de Dash Cam de besturing van de bestuurder niet belemmert,
zoals bij het stuurwiel, de pedalen of de versnellingspook.
- Monteer de Dash Cam NIET voor de airbag, of op een plek waar de spiegels worden belemmert.
- Het wordt aangeraden om de Dash Cam tijdens het rijden NIET te bedienen. De automatische
start-/stoptechnologie van het apparaat maakt bediening van het apparaat tijdens het rijden niet
noodzakelijk.
- Het aanpassen van instellingen of het bekijken van opnames moet tijdens het stilstaan worden
gedaan, niet tijdens het rijden.
- Stel de instelling van de schermbeveiliging in op AAN of Weergave snelheid (die alleen uw
snelheid toont), nadat de inleidende installatie op de dashcam is uitgevoerd. Door het
inschakelen van de schermbeveiliging wordt het scherm 30 seconden na het starten van het
voertuig automatisch blanco, waardoor het scherm GEEN afleiding is voor de bestuurder.
Accessoires
Er kunnen voor de Nextbase dashcam meerdere accessoires
worden aangeschaft, inclusief een camera voor de achterruit,
dubbele USB-oplader en een naar achteren gerichte camera.
Sommige van deze producten kunnen beïnvloeden waar u de
camera moet plaatsen.
Download het pdf document 'Gebruiksaanwijzing voor accessoires
van Nextbase' van
www.nextbase.com
, voor meer informatie over
het plaatsen en gebruiken van deze producten.
15