Inhoudsopgave
Advertenties
Het montagesysteem is geschikt voor bevestiging van zonnepanelen met gangbare afmetingen. Meer
hierover is beschreven in hoofdstuk 3.
Of het montagesysteem voor het betreffende project kan worden gebruikt, dient per geval te worden
gecontroleerd aan de hand van de aanwezige dakbedekking/dakconstructie.
De dakbedekking/dakconstructie/gevel moet wat betreft draagvermogen, draagstructuur en staat van
instandhouding voldoen aan de vereisten van het montagesysteem.
Eisen aan het materiaal van de dakconstructie/dakbedekking/gevel:
Houten onderdelen (spanten/gordingen) ten minste sterkteklasse C24: geen schimmelgroei of vermolming.
OSB met materiaalkwaliteit OSB 3.
Stalen gordingen voor stokschroefmontage uitsluitend materiaalkwaliteit S235.
Treksterkte Rm,min trapeziumplaat: staal 360 N/mm²; aluminium 195 N/mm²
Muurmateriaal: beton, baksteen of kalkzandsteen in volle of holle uitvoering.
De gebruiker moet het draagvermogen van het dak/de dakconstructie (spanten, gordingen,
trapeziumplaten, betonnen plafondplaten, aantal klangen felsdak, etc.) resp. de gevel (muurmateriaal) ter
plekke controleren of laten controleren.
De gebruiker moet rekening houden met bouwfysische aspecten met betrekking tot isolatiedoorgangen
(bijv. condensvorming).
Montageaanwijzingen
De onderdelen van het montagesysteem novotegra dienen uitsluitend ter bevestiging van zonnepanelen.
Afhankelijk van het type dak van het gebouw, moeten de daarvoor bedoelde montagesysteemonderdelen
worden gebruikt.
Om het montagesysteem novotegra zoals bedoeld te gebruiken, is het noodzakelijk om de veiligheids- en
montagevoorschriften uit deze gebruiksaanwijzing op te volgen.
Bij foutief gebruik en niet-naleven van de veiligheidsaanwijzingen en montagevoorschriften en bij niet
gebruiken van de bijbehorende montageonderdelen of bij gebruik van componenten die niet bij het
montagesysteem horen, vervalt elk recht op garantie, vrijwaring en aansprakelijkheid jegens de fabrikant.
De gebruiker is aansprakelijk voor schade en daaruit voortvloeiende gevolgschade aan andere onderdelen
zoals zonnepanelen of aan het gebouw zelf, alsook voor persoonlijk letsel.
De monteur moet de montagehandleiding voorafgaand aan de montage lezen. In geval van vragen moeten
deze voorafgaand aan de montage met de fabrikant worden besproken. De montage moet verlopen in de
volgorde zoals in deze handleiding beschreven is.
Er moet voor worden gezorgd dat er altijd een exemplaar van deze montagehandleiding binnen handbereik
beschikbaar is in de onmiddellijke nabijheid van het werk op de bouwlocatie.
De montagevoorschriften (paneelbelasting, bevestiging, klembereiken etc.) van de zonnepaneelfabrikant
moeten worden aangehouden.
Voorafgaand aan de montage moet het montagesysteem statisch worden berekend met de voor het
bouwproject toe te passen belastingen, overeenkomstig de landelijk geldende normen. Voor de montage
relevante specificaties (bijv. afstand dakhaken, schroeflengtes, uitkragingen en overstekken of afstand
grondrails en vereiste ballast) moeten worden vastgesteld middels een statische berekening met de
designsoftware Solar-Planit.
De toegestane dakhelling voor het gebruik van het montagesysteem overeenkomstig deze
montagehandleiding bedraagt 0 tot 60 graden bij montage parallel aan het dak en 0 tot 5 graden bij
verhoogde montage op een plat dak. Gevelinstallaties dienen parallel aan de gevel te worden gemonteerd.
Bij dakparallelle montage met het klemsysteem moeten er per paneel twee montagerails symmetrisch
onder de panelen worden gemonteerd voor een gelijkmatige lastoverdracht naar de onderconstructie. Als
alternatief kan een montage parallel aan het dak ook met inlegrails worden uitgevoerd.
De aangegeven aanhaalmomenten moeten worden aangehouden en dienen ter plaatse steekproefsgewijs
te worden gecontroleerd.
2
Wijzigingen voorbehouden. Afbeeldingen dienen als voorbeeld en kunnen van het origineel afwijken.
V4.2 – mei 2023/TP,
Copyright novotegra GmbH
Advertenties
Inhoudsopgave
