4 Bedienen
3.4.2
Warmwaterbereiding
Met de thermostaat kunt u de temperatuur en de tijd voor de
warmwaterbereiding instellen. De warmteopwekker warmt
het water in de boiler tot op de door u ingestelde tempera-
tuur op. U kunt tijdsvensters instellen waarin warm water in
de boiler klaar moet staan.
3.4.3
Circulatie
Als in de CV-installatie een circulatiepomp geïnstalleerd is,
dan kunt u tijdsvensters voor de circulatie instellen. Tijdens
de ingestelde tijdsvensters circuleert warm water van de
boiler naar de waterkranen en opnieuw naar de boiler. Als
u gedurende deze tijd bijv. een waterkraan opendraait, dan
komt onmiddellijk warm water uit de waterkraan.
3.5
Vorstbeschermingsfunctie
De vorstbeschermingsfunctie beschermt de CV-installatie en
de woning tegen schade door bevriezing. De vorstbescher-
mingsfunctie bewaakt de buitentemperatuur.
Als de buitentemperatuur
–
onder 3 °C daalt, dan schakelt de thermostaat na een
vorstbeschermingsvertragingstijd de warmteopwekker in
en regelt de gewenste kamertemperatuur op 5 °C.
–
boven 4 °C stijgt, dan schakelt de thermostaat de warm-
teopwekker niet in, maar bewaakt hij de buitentempera-
tuur.
Aanwijzing
Uw installateur stelt de vorstbeschermingsvertra-
gingstijd bij de installatie in.
3.5.1
Uitgebreide vorstbeschermingsfunctie
Als de warmtepomp aangesloten is en u de modus Koelen
geactiveerd hebt, dan is de uitgebreide vorstbeschermings-
functie bijkomend voorhanden.
–
Als de buitentemperatuur langer dan 10 minuten onder
4 °C daalt, dan schakelt de thermostaat de modus Koe-
len uit.
4
Bedienen
4.1
Bedieningsstructuur
4.1.1
Toegangsniveau voor de gebruiker
Via het toegangsniveau voor de gebruiker krijgt u belangrijke
informatie en instellingsmogelijkheden die geen speciale
voorkennis vereisen. Via een menustructuur bereikt u de
instelbare of alleen afleesbare waarden.
4.1.2
Toegangsniveau voor de installateur
Via het toegangsniveau voor de installateur stelt de instal-
lateur bijkomende waarden van de CV-installatie in. De in-
stellingen mogen alleen met vakkennis uitgevoerd worden,
daarom is dit niveau met een code beveiligd.
8
4.1.3
Opbouw van de menustructuur
De menustructuur van de thermostaat is in vier niveaus on-
derverdeeld. Er zijn drie keuzeniveaus en een instelniveau.
Vanuit het startscherm gaat u naar het keuzeniveau 1 en van
daaruit gaat u in de menustructuur telkens een niveau lager
of opnieuw hoger. Vanuit het telkens laagste keuzeniveau
gaat u naar het instelniveau.
4.1.4
Startscherm
9
Auto
8
19,5
Gew. temp. verwarmen 20,0°C
7
Menu
6
1
Symbool voor de actuele
buitentemperatuur
2
Actuele buitentemperatuur
3
Actuele kamertemperatuur
4
Klok
5
Actuele functie van de
rechter keuzetoets
Het startscherm toont de actuele instellingen en waarden
van de CV-installatie. Als u aan de thermostaat iets instelt,
dan wisselt de weergave op het display van het startscherm
naar de weergave met de nieuwe instelling.
Het startscherm verschijnt als u
–
de linker keuzetoets indrukt en zo het keuzeniveau 1
verlaat.
–
de thermostaat langer dan 5 minuten niet bedient.
Het startscherm toont de weergavepunten verwarmen, koe-
len of ventileren of hun bijbehorende modus, alsook de sta-
tus van de tijdsvensters.
Als uw CV-installatie twee onafhankelijke CV-circuits heeft,
dan stelt de installateur bij de installatie in of het startscherm
de waarden van CV 1 of van CV 2 toont.
4.1.4.1 Symbolen voor de modus Auto
Sym-
Betekenis
bool
Dagstand: binnen een ingesteld tijdsvenster
Nachtstand: buiten een ingesteld tijdsvenster
Gebruiksaanwijzing calorMATIC 470 0020116706_03
5,0°C
15:34
°C
Modus
6
Actuele functie van de
linker keuzetoets
7
Gewenste instelling (bijv.
Gew. temp. Verwarmen)
8
Symbool voor modus
Auto
9
Ingestelde modus
1
2
3
4
5