H. Op een helling maaien
1.
Alle hellingen vereisen extra voorzichtigheid. Als u merkt dat de maaier te weinig tractie op
de helling heeft, is de helling te steil om te maaien. Nat gras zal de tractie verminderen,
zodat de maaier op de helling kan slippen en wegglijden. Dit kan ernstige letsels en schade
aan eigendom veroorzaken.
2.
Meet voor uw veiligheid de helling voor u de maaier op hellend terrein gebruikt. Gebruik
een meetinstrument voor de hellingsgraad voor u de maaizones afbakent of deze maaier
op hellend of heuvelachtig terrein gebruikt. Er bestaan ook smartphone-apps om hellingen
te meten. Als de helling groter is dan 17 graden (30%), kunnen de modellen RT uit de
maaizone glijden.
3.
Maai niet op hellingen van meer dan 17 graden (30%).
4.
Gebruik de maaier in geen enkele situatie waarin de tractie of de stabiliteit onzeker is.
Verzeker u altijd van de geschiktheid van het te maaien terrein. Een maaier die kantelt of
over de kop gaat, kan ernstige persoonlijke letsels of schade aan eigendom veroorzaken.
5.
Houd ten minste 1,2 meter afstand van scherpe hoogteverschillen, grachten, hellingen
of oevers, om te verzekeren dat de maaier de maaizone niet verlaat. Dat kan de maaier
beschadigen of ernstige letsels veroorzaken.
I. Onderhoud en speciale instructies
1.
Houd de maaier in goede staat van werking. Vervang versleten, beschadigde of kapotte
onderdelen. U vindt de artikelnummers van de accu's, messen en voedingen in het boekje
'Bijkomende informatie'.
2.
Wijzig niets aan de maaier, om ernstige letsels te vermijden.
3.
De messen van de maaier zijn scherp. Omwikkel het mes of draag handschoenen en wees
extra voorzichtig wanneer u het mes vervangt.
4.
Schakel de maaier altijd uit door de veiligheidssleutel te verwijderen voor u de maaier
onderhoudt, een blokkering van het of de messen en/of wielen verwijdert of de maaier
inspecteert. Probeer nooit de maaier te herstellen of af te stellen terwijl hij werkt.
Controleer of het mes en alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voor u de
maaier schoonmaakt, repareert of nakijkt.
5.
Het mes moet binnen twee (2) seconden na het indrukken van de rode STOP-knop volledig
tot stilstand komen. Als u niet binnen twee (2) seconden hoort dat het mes tot stilstand is
gekomen, moet de maaier professioneel worden onderhouden door een erkende dealer
voor u hem weer gebruikt.
6.
Gebruik nooit een hogedrukreiniger of de tuinslang om de maaier schoon te maken. Water
kan onderdelen en de programmeerbare controller beschadigen. Gebruik een vochtige
doek om het scherm schoon te vegen.
7.
Inspecteer het mes visueel op schade (bv. abnormale slijtage, verbogen, gebarsten). Vervang
het mes uitsluitend door een mes van de oorspronkelijke fabrikant (OEM). Andere messen
zullen niet goed passen en kunnen onveilig zijn.
8.
Het gebruik van reserveonderdelen die niet aan de originele specificaties voldoen, kan de
prestaties aantasten en de veiligheid in het gedrang brengen.
9.
Stop de maaier als u een vreemd voorwerp hebt geraakt of als de maaier vastloopt.
Inspecteer de maaier zorgvuldig op schade. Repareer de schade voor u de maaier weer
start en bedient.
10