• Schakel de camera niet uit en open het klepje van het batterijvak
niet wanneer het bovenste lampje naast de zoeker groen knippert.
De camera schrijft, leest of verwijdert op dat moment een beeld of
brengt een beeld over van of naar de CF-kaart.
• Haal de batterij uit de camera als u de camera niet gebruikt. Als de
batterij meer dan drie weken uit de camera is verwijderd, worden
de standaardinstellingen voor datum, tijd en andere cameraopties
mogelijk hersteld op het moment dat u de camera weer in gebruik
neemt.
Gebruik de voedingsadapterset ACK500 (afzonderlijk verkrijgbaar)
als u de camera langere tijd gebruikt (p. 140).
Batterijlading
De volgende pictogrammen en berichten verschijnen wanneer de batterij
onvoldoende is opgeladen.
Vervang /
Verwissel accu
Zie Batterijcapaciteit (p. 147).
22
De batterij is bijna leeg. Laad de batterij zo snel mogelijk
op als u deze langere tijd wilt gebruiken.
Als het LCD-scherm is uitgeschakeld, verschijnt dit picto-
gram wanneer u op een andere knop drukt dan de ON/OFF-,
SET- of MENU-knop.
De batterij is niet voldoende geladen om met de camera
te kunnen werken. Vervang de batterij onmiddellijk.