9-Probleemoplossen
Probleem
Oorzaak
• Verwarmingsfout.
F4
• Motor - fout.
F7
FC0, FC1 or
• Abnormale communicatiefout.
FC2
• Lading niet in evenwicht - fout.
UNB
9.3 Probleemoplossen zonder weergavecode
Probleem
Wasmachine
werkt
niet.
Wasmachine
niet
gevuld met water.
De machine drai-
neert
terwijl
wordt opgevuld.
Fout tijdens draine-
ring.
Sterke trillingen tijdens
het zwieren.
De werking stopt
voor het einde van
de wascyclus.
24
Oorzaak
• Programma is nog niet gestart.
• Deur is niet correct gesloten.
• Machine is niet ingeschakeld.
• Stroompanne.
• Kinderslotfunctie ingeschakeld.
• Geen water.
• Inlaatslang is gebogen.
• Inlaatslangfilter is geblokkeerd.
• Waterdruk is minder dan 0,03 MPa.
• Deur is niet correct gesloten.
• Watertoevoer defect.
• De afvoerslang hangt lager dan 80 cm.
ze
• Het uiteinde van de afvoerslang kan
in het water hangen.
• Afvoerslang is geblokkeerd.
• Het pompfilter is geblokkeerd.
• Het uiteinde van de afvoerslang is ho-
ger dan 100 cm boven de vloer.
• Niet alle transportbouten werden
verwijderd.
• Het apparaat staat niet op een ste-
vige ondergrond.
• De lading in de machine is niet cor-
rect.
• Water of elektrische fout.
Oplossing
• Neem contact op met de klantendienst.
• Neem contact op met de klantendienst.
• Neem contact op met de klantendienst.
• Controleer en breng de lading in evenwicht in
de trommel. Verminder de lading.
Oplossing
• Controleer het programma en
start het.
• Sluit de deur correct.
• Schakel de machine aan.
• Controleer de voeding.
• Schakel kinderslot uit.
• Controleer de waterkraan.
• Controleer de inlaatslang.
• Verwijder de blokkering uit het
inlaatslangfilter.
• Controleer de waterdruk.
• Sluit de deur correct.
• Controleer de watertoevoer.
• Zorg ervoor dat de afvoerslang
correcte geïnstalleerd is.
• Zorg ervoor dat de afvoerslang
niet in het water hangt.
• U moet de blokkering verwijde-
ren uit de afvoerslang.
• Reinig de pompfilter.
• Zorg ervoor dat de afvoerslang
correcte geïnstalleerd is.
• Verwijder alle transportbouten.
• Zorg voor een stevige ondergrond
en een genivelleerde plaatsing.
• Controleer het gewicht en het
evenwicht van de lading.
• Controleer de stroom- en wa-
tertoevoer.
NL