Hoofdstuk 2
1.
Kader het onderwerp voor de foto in tussen de
focushaken. In omstandigheden met weinig licht of
weinig contrast richt u de camera op een voorwerp
dat lichter is of meer contrast heeft.
2.
Druk de sluiterknop half in.
3.
Houd de sluiterknop half ingedrukt en kader het
onderwerp opnieuw in.
4.
Druk de sluiterknop helemaal in om de foto te
maken.
Belichting optimaliseren
Als u de sluiterknop half indrukt, wordt ook het lichtniveau gemeten dat moet worden
ingesteld voor een correcte belichting. Als de camera vaststelt dat er een zeer lange
belichtingstijd nodig is, wordt een trillende hand (
genomen, maar wordt mogelijk wazig omdat het lastig is om de camera gedurende de
benodigde tijd stil te houden. Voer een van de volgende handelingen uit:
●
Stel de flitser in op Automatisch flitsen of Flitser Aan (zie
op pagina
●
Plaats de camera op een statief of een stabiele ondergrond.
●
Zorg voor meer licht.
Andere aanbevelingen
Als een opname bij het bekijken in Weergave niet de juiste scherpstelling of belichting
blijkt te hebben, kunt u met behulp van Fotoadvies (zie Fotoadvies onder
Weergave gebruiken op pagina
opnames in de toekomst kunt corrigeren. Als u een nieuwe opname maakt, kunt u een
betere opname maken aan de hand van de suggesties in Fotoadvies.
Aangezien scherpstelling en belichting essentieel zijn voor een goede opname, kunt u
wellicht profijt hebben van de volgende onderwerpen:
●
Onderwerpen over wazige, donkere, lichte of korrelige opnames in
oplossen op pagina 43
●
De instellingen voor focusbereik gebruiken op pagina 14
●
Autofocusgebied en AE-meting onder
op pagina 18
●
Belichtingscompensatie op pagina 23
De instellingen voor focusbereik gebruiken
Als u een instelling voor focusbereik wilt selecteren, drukt u op
het gewenste focusbereik en drukt u op
14
16).
27) vaststellen hoe u het probleem bij soortgelijke
) weergegeven. De foto wordt wel
De flitser instellen
Het menu Opname gebruiken
, markeert u met
.
Het menu
Problemen