Afb. 5
Afb. 6
Afb. 7
5
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de cliënt valt, moet u
erop letten dat de tilbandclips en -lussen vóór
en tijdens de tilhandeling goed vastzitten.
Beweeg de cliënt omhoog door de afstandsbediening te
gebruiken. Rijd de lift weg van de stoel. (Zie Afb. 5)
6 Breng de cliënt in een comfortabele houding en houd
een hoogte aan van iets hoger dan van een normale stoel.
Vóór de verplaatsing moet de cliënt met het gezicht naar
de zorgverlener worden gedraaid. Zorg ervoor dat hij/zij
niet met de voeten bij de vloer kan. (Zie afb. 6)
Transfer naar een stoel
Zorg er bij terugkeer naar een stoel voor dat de poten van
de lift om de poten/wielen van de stoel zijn gepositioneerd.
(Zie afb. 7)
Gebruik de handgrepen van de lift om de cliënt boven de stoel
te positioneren. Trek NIET aan de tilband.
De cliënt in de tilband moet steeds in het zwaartepunt blijven.
(Zie Afb. 5)
Gebruik de afstandsbediening om de cliënt te laten zakken.
Als u de cliënt weer in een stoel laat zakken of bij een transfer
van een bed naar een stoel:
•
Breng de cliënt via de afstandsbediening zo veel mogelijk
in zitpositie.
•
Laat de cliënt op de stoel zakken. Zorg dat de cliënt goed
achterin de stoel zit.
19