206
Bijlagen
Omgaan met de batterij
Onderstaand pictogram en bericht worden weergegeven.
Pictogrammen
(knippert
rood)
Vervang de
batterijen
Voorzorgsmaatregelen voor het
Zorg er altijd voor dat de batterijpolen schoon zijn.
Als de polen niet goed schoon zijn, kan dit leiden tot een slecht
contact tussen de batterij en de camera. Reinig de polen met een
wattenstaafje voordat u de batterij oplaadt of gebruikt.
Bij lage temperaturen kunnen de prestaties van de batterij
teruglopen en kan het pictogram waarmee wordt aangegeven
dat de batterij bijna leeg is (
Onder deze omstandigheden activeert u de batterij door deze
onmiddellijk vóór het gebruik op te warmen in uw broekzak.
Zorg ervoor dat uw broekzak geen metalen voorwerpen,
bijvoorbeeld een sleutelhanger, bevat om kortsluiting van
de batterij te voorkomen.
De batterij kan kortsluiting veroorzaken.
Zorg ervoor dat er geen metalen
objecten zoals sleutels in aanraking
komen met de batterijpolen (
(
) (fig. A). Als u de batterij wilt
vervoeren of opslaan wanneer u deze
niet gebruikt, moet u altijd het kapje van
de batterijpolen terugplaatsen (fig. B).
Zo niet, dan kan de batterij beschadigd
raken.
Batterijlading
De batterij voldoende opladen.
Laad de batterij snel op voor een langdurig gebruik.
De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op.
De batterij is helemaal leeg en de camera kan niet
meer werken. Laad de batterij onmiddellijk op.
omgaan met de batterij
), sneller dan normaal verschijnen.
Bericht
Fig. A
) en
Fig. B