192
Problemen oplossen
Het onderwerp van de opname is te helder of het
beeld vertoont witte strepen.
Het onderwerp is te dichtbij,
waardoor het flitslicht te
fel is.
Het onderwerp
is overbelicht omdat de
omgeving te donker is.
Er schijnt te veel licht direct
in de camera of te veel licht
wordt gereflecteerd door het
onderwerp.
De flitser is ingeschakeld.
Beeld bevat ruis.
ISO-waarde is te hoog.
Witte stippen op het beeld.
Licht van de flitser
wordt weerspiegeld door
stofdeeltjes of insecten in de
lucht. Dit is vooral zichtbaar
wanneer u opnamen maakt
met de groothoek.
Als u de ingebouwde flitser gebruikt,
moet het onderwerp van de opname
zich binnen de flitsafstand bevinden
(p.
216).
Stel de belichtingscompensatie
in op een negatieve waarde (–)
(p.
107).
Gebruik AE lock of gebruik
spotmeting
(pags.
Wijzig de opnamehoek.
Stel de flitser in op
(p.
71).
Bij hogere ISO-waarden en bij de
instelling
(Hoge ISO Automatisch)
kan er ruis in het beeld ontstaan.
Voor een betere beeldkwaliteit
gebruikt u een zo laag mogelijke
ISO-waarde
(p.
In de modi
,
en
, maar ook bij gebruik van
Auto ISO shift loopt de ISO-waarde
op en kan er ruis ontstaan.
Dit is een fenomeen dat optreedt
bij digitale camera's en wijst niet
op een storing of defect.
102, 108).
(Flitser uit)
104).
,
,
,
,
,