Motor starten
WAARSCHUWING!
ZORG ERVOOR DAT HET
MES VOLLEDIG VRIJ KAN
BEWEGEN. Plaats de motor op een
vlak, horizontaal oppervlak alvorens de
motor te starten. Zorg ervoor dat u goed
staat en dat u de machine stevig vast
hebt. HET MAAIGARNITUUR KAN
GAAN DRAAIEN ALS DE MOTOR
START.
WAARSCHUWING!
Ga minimaal 3 meter uit de
buurt van de plaats waar
brandstof is bijgevuld voordat de motor
wordt gestart.
WAARSCHUWING!
Bedien de machine nooit
zonder dat het maaigarnituur
is aangebracht.
Starten bij koude motor en/of
opnieuw starten na brandstof
bijvullen
T350
AAN-/
UITSCHAKELAAR
GASHENDELVER-
GRENDELING
KNOP
VERGRENDELING-
HENDEL
GASHENDEL
C350/B450
AAN-/
UITSCHAKELAAR
GASHENDELVER-
GRENDELING
KNOP
VERGRENDELING-
HENDEL
(a) Plaats de aan-/uitschakelaar in de stand "I".
(b) Spuit brandstof in de motor door
herhaaldelijk op de voorinspuitbalg van de
carburateur te drukken tot er brandstof
door de transparante retourleiding
stroomt.
OVERSTROOMLEIDING
(c) Druk de chokehendel omhoog
(stand "
(d) Houd de vergrendelinghendel
ingedrukt en trek de gashendel helemaal
in. Druk vervolgens op de knop van de
gashendelvergrendeling. Houd de knop
van de gashendelvergrendeling ingedrukt
en ontgrendel de gashendel en de
vergrendelinghendel. De gashendel blijft
nu op hoog stationair toerental (toerental
bij starten).
(e) Houd de buitenste buis stevig vast
GASHENDEL
met een hand en trek de handgreep
van de trekstarter met uw andere hand
omhoog. Trek eerst rustig tot u voelt dat
het startmechanisme aangrijpt, en trek
vervolgens snel om de motor te starten.
Trek het startkoord niet helemaal tot het
einde uit.
PAS OP!
Als het startkoord volledig tot het einde
wordt uitgetrokken, kan dat schade aan
het startmechanisme veroorzaken.
CHOKEHENDEL
VOORIN-
SPUITBALG
gesloten"). (Koude motor.)
Zorg ervoor dat het
maaigarnituur vrij
kan bewegen.
BELANGRIJK!
De motor herhaaldelijk starten met de
choke in de stand GESLOTEN (" ") heeft
tot gevolg dat de motor verzuipt. Als de
motor na verschillende pogingen nog niet
is gestart, moet de chokehendel in de
stand OPEN worden geplaatst en moet het
opnieuw worden geprobeerd.
(f) Als de motor aanslaat, moet de choke
geleidelijk in de stand OPEN (" ")
worden gezet (als dat nog niet is gebeurd).
• Als de motor afslaat voordat de choke
helemaal is geopend, moet opnieuw
worden gestart met gesloten choke.
• Als de motor afslaat nadat deze in eerste
instantie is gestart, moet opnieuw worden
gestart met gesloten choke.
(g) Als de motor start en blijft draaien,
laat u de motor stationair draaien
door op de gashendel te tikken om de
gashendelvergrendeling los te maken.
WAARSCHUWING!
Start de motor nooit vanuit de
bedrijfsstand.
Starten bij warme motor
Het starten bij warme motor gaat op
dezelfde manier als het starten bij koude
motor.
BEHALVE:
• De choke moet in de stand OPEN staan.
Als de motor niet start, moet de procedure
voor starten bij koude motor worden
gevolgd.
Als de motor start:
• Schakel nadat de motor is gestart, de
gashendelvergrendeling uit en laat de
motor bij stationair toerental gedurende
of 3 minuten opwarmen alvorens met
werkzaamheden te beginnen.
• Als de motor warm is, neemt u de motor
op en bevestigt u de draagriem.
• Door gas te geven gaat het
maaigarnituur sneller draaien. Laat de
gashendel los om het maaigarnituur
tot stilstand te laten komen. Als het
maaigarnituur blijft draaien, moet het
stationair toerental van de carburateur
worden afgesteld.
(Zie volgende pagina.)
13