7.6. Op alarmen reageren
VOORZORGSMAATREGEL: Als u geen alarmen kunt horen of zien, geen normale tastzin hebt
of ongemak niet tot uitdrukking kunt brengen, raadpleeg dan een arts voor u dit apparaat gaat
gebruiken.
Door op een willekeurig moment op de
te drukken, wordt de zoemer gedempt. De duur
van de dempperiode is afhankelijk van de ernst van het alarm (zie hoofdstuk 8. Alarmindica-
toren). Tijdens deze dempperiode blijft de demp-LED branden om aan te geven dat de alarm-
zoemer is gedempt. Druk nog een keer op de dempknop om de demping van alarmen op te
heffen. Als u op de dempknop drukt wanneer er geen actief alarm is, dan zullen alle toekomsti-
ge alarmen met gemiddelde of lage prioriteit gedurende acht uur worden gedempt. Zie hoofd-
stuk 8. Alarmindicatoren en hoofdstuk 9. Problemen Oplossen voor aanvullende informatie
over alarmen.
BELANGRIJK: Het alarmsysteem wordt getest tijdens de opstartprocedure. Alle alarmlampjes moe-
ten kort gaan branden en de hoorbare alarmindicator moet een tjirptoon laten horen. Als u ver-
moedt dat alarmen niet goed werken, neem dan contact op met uw leverancier om de werking van
de alarmen te laten controleren.
7.7. Uitschakelen
VOORZORGSMAATREGEL: Schakel dit apparaat altijd uit wanneer het niet wordt gebruikt.
Als u de Zen-O
draagbare zuurstofconcentrator wilt uitschakelen, houdt u de aan/uit-knop
TM
NL
ingedrukt. Het apparaat laat een tjirptoon horen en het scherm geeft een afsluitbericht
gedurende ongeveer vijf seconden weer en schakelt vervolgens naar de ener-
giebesparingsmodus.
BELANGRIJK: Het loskoppelen van de wisselstroomvoeding mag niet tegelijkertijd plaatsvinden met
het verwijderen van de batterij als het apparaat nog draait. Gebruik de aan/uit-knop altijd om het
apparaat uit te schakelen. Wacht tot het apparaat volledig is uitgeschakeld voordat u het apparaat
van de voeding loskoppelt en de batterij verwijdert.
14/28