Als de klep van de invoersleuf is geopend, sluit u deze langzaam en drukt u op de knop HERVATTEN/
ANNULEREN (RESUME/CANCEL).
Komt instelling voor het paginaformaat overeen met het papierformaat dat in
Controle 7
de printer is geplaatst?
Druk op de knop HERVATTEN/ANNULEREN (RESUME/CANCEL) op de printer om de fout te annuleren.
Controleer vervolgens de instelling Papierformaat (Paper Size) in het dialoogvenster Pagina-instelling, plaats
papier van hetzelfde formaat als de instelling en probeer opnieuw af te drukken.
Geef in Canon IJ Printer Utility op dat de printer de breedte van het papier niet detecteert.
Als u wilt instellen dat de printer de breedte van het papier niet detecteert, opent u Canon IJ Printer Utility,
selecteert u Aangepaste instellingen (Custom Settings) in het pop-upmenu, schakelt u het selectievakje
Papierbreedte detecteren (Detect paper width) uit en klikt u op Toepassen (Apply).
Zie
Canon IJ Printer Utility openen
* Schakel het selectievakje Papierbreedte detecteren (Detect paper width) in zodra het afdrukken is voltooid
en klik daarna op Toepassen (Apply).
Zijn de instellingen voor mediumtype en paginaformaat in het
Controle 8
printerstuurprogramma correct?
Als u speciaal papier van een andere fabrikant dan Canon gebruikt, moet u het juiste mediumtype of
paginaformaat selecteren in het printerstuurprogramma.
Controleer de instellingen aan de hand van de onderstaande procedure en probeer opnieuw af te drukken.
1. Zorg dat A3 (Art-papier marge 30) (A3 (Art Paper Margin 30)), A3+ (Art-papier marge 30) (A3+ (Art
Paper Margin 30)), A4 (Art-papier marge 30) (A4 (Art Paper Margin 30)), US Letter (Art-papier marge
30) (US Letter (Art Paper Margin 30)) of Tabloid (Art-papier marge 30) (Tabloid (Art Paper Margin 30))
is geselecteerd in de toepassing.
Als het gewenste paginaformaat niet wordt weergegeven, opent u het menu Bestand (File) van de
toepassing en selecteert u Afdrukken (Print). Controleer vervolgens of de naam van uw printer is
geselecteerd.
2. Zorg dat het papier dat is geselecteerd bij Mediumtype (Media Type) in het dialoogvenster Afdrukken van
het printerstuurprogramma, overeenkomt met het papier dat in de printer is geplaatst.
3. Zorg dat de instelling Papierformaat (Paper Size) in het dialoogvenster Pagina-instelling in het
printerstuurprogramma dezelfde is als het formaat dat in stap 1 is ingesteld.
Controleer of de naam van uw printer is geselecteerd in het dialoogvenster
Controle 9
Druk af.
De printer drukt niet goed af als u een printerstuurprogramma voor een andere printer gebruikt.
Controleer of de naam van uw printer is geselecteerd bij Printer in het dialoogvenster Afdrukken.
Opmerking
• Selecteer de printer voor Standaardprinter (Default printer) als u de printer wilt instellen als
standaardprinter.
Start de computer opnieuw op als u afdrukt vanaf de computer.
Controle 10
als u Canon IJ Printer Utility wilt openen.
363