TEN
BTL 3500
Gebruikershandleiding
3 BEDIENING VAN DE BTL 3500
Verklaring van de aanwijzers
Remkrachtaanduiding
De aanwijzing van de remkracht geschiedt door middel van analoge aanwijzers welke in een
overeenkomstige schaalverdeling zijn opgedeeld (0-6000 N).
De gemeten geldige maximale resulterende remkracht wordt na het uitschakelen van de motoren
ca. 4 seconden lang weergegeven. Is er geen geldige resulterende meetwaarde gemeten, dan
wijst de aanwijzer 0 aan en licht de stabiliteitsindicatie niet op.
Display verschilaanwijzing
Tijdens een remmentest wordt op dit display het actuele verschil tussen de linker- en
rechterremkracht getoond in %. Na een remmentest wordt, indien er een geldige resulterende
meetwaarde is gemeten, ca. 4 seconden lang het gemeten verschil getoond.
Remindicatie
Als een remmentest wordt gestart, is de remindicatie uitgeschakeld. Gedurende deze fase mag
er niet worden geremd. Zodra de remindicatie geel oplicht wacht u nog even met remmen. In
deze fase kan men de zogenaamde aanloop- of rolweerstand meten en aflezen.
Vervolgens kan er 'rustig' worden geremd. Er wordt geremd totdat de maximale remkracht
optreedt, maar zonder dat de wielen beginnen te slippen. Wordt deze situatie minimaal twee
wielrotaties aangehouden, dan zal de stabiliteitsindicatie groen oplichten. Dit betekent dat er een
geldige resulterende meetwaarde is opgeslagen. Er is een indicatie voor zowel het linker- als het
rechterwiel. Zodra de stabiliteitsindicatie dit aangeeft kan men de meting beëindigen door het
pedaal verder in te drukken totdat er slip optreedt, of het pedaal loslaten zodat de remkracht
onder de 25% komt van de gemeten maximale remkracht. De motoren worden uitgeschakeld en
de resulterende meetwaarden worden aan de gebruiker getoond.
7
Versie 1.1