Extra printer instellen
Kabels aansluiten
LET OP: RISICO OP LETSEL: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Tijdens onweer moet u dit
product niet installeren en geen elektrische verbindingen aanleggen, bijvoorbeeld voor de faxfunctie, of
kabels en snoeren aansluiten, zoals een netsnoer of telefoonkabel.
Sluit de printer aan op de computer met een USB-kabel of op het netwerk met een ethernetkabel.
Zorg dat de volgende items met elkaar overeenkomen:
•
Het USB-symbool op de kabel met het USB-symbool op de printer.
•
De juiste Ethernet-kabel met de juiste Ethernet-poort
Waarschuwing: mogelijke beschadiging: Raak tijdens het afdrukken of scannen de USB-kabel, draadloze
netwerkadapters of het aangegeven deel van de printer niet aan. Dit kan leiden tot gegevensverlies of een
storing.
Onderdeel
1
Aansluiting van de
stroomkabel van de
printer
2
Aan-uitschakelaar
3
Ethernetpoort
4
EXT-poort
5
LINE-poort
8
7
6
5
4
Functie
Sluit de printer aan op een goed geaard stopcontact.
De printer in- en uitschakelen.
Sluit de printer aan op een Ethernet-netwerk.
Extra apparaten (telefoon of antwoordapparaat) aansluiten op de printer en de
telefoonlijn. Gebruik deze poort als u geen aparte faxlijn hebt voor de printer en als deze
verbindingmethode wordt ondersteund in uw land of regio.
Opmerking: Verwijder de adapterplug als u de poort wilt gebruiken.
Sluit de printer aan op een actieve telefoonlijn via een standaardwandaansluiting (RJ-11),
DSL-filter, VoIP-adapter of een andere adapter waarmee u faxen kunt verzenden en
ontvangen.
2
3
1
49