Als uw netwerk het draadloos bijwerken van software ondersteunt, kunt u mogelijk ook
updates via het apparaat aanvragen. Zie 'Software bijwerken' op pag. 75.
Bij het downloaden van software-updates worden mogelijk grote hoeveelheden
gegevens via het netwerk van uw serviceprovider overgedragen. Neem contact op
met uw serviceprovider voor meer informatie over de kosten van gegevensoverdracht.
Zorg ervoor dat de batterij van het apparaat voldoende capaciteit heeft of dat de lader
is aangesloten voordat u begint met bijwerken.
1. Aan de slag
■ (U)SIM-kaart en batterij plaatsen
In dit apparaat worden BP-5M-batterijen gebruikt.
1. U opent de achtercover van het apparaat door met de achterkant van het
apparaat naar u toe gericht, de cover te verschuiven in de richting van de
onderkant van het apparaat (1) en deze te verwijderen (2). U verwijdert de
batterij door deze vanuit het uiteinde op te tillen (3).
2. Plaats de (U)SIM-kaart in de SIM-kaarthouder (4).
Zorg ervoor dat het goudkleurige contactgebied op de kaart naar de onderkant
van het apparaat is gericht en de schuine hoek naar de kaarthoudersleuf
is gericht.
3. Vervang de batterij (5). Plaats de achtercover terug (6).
■ Geheugenkaart
Gebruik alleen compatibele microSD- en microSDHC-kaarten die door Nokia zijn
goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Nokia maakt gebruik van
goedgekeurde industriële normen voor geheugenkaarten, maar sommige merken
zijn mogelijk niet geheel compatibel met dit apparaat. Incompatibele kaarten
kunnen de kaart en het apparaat beschadigen en gegevens op de kaart aantasten.
A a n d e s l a g
9