• Als u de waarschuwingen negeert, kan dit schade aan de zwembadapparatuur of ernsti g letsel, evenals de dood veroorzaken.
• Het toestel is ontworpen voor een specifi eke toepassing voor het zwembad, en mag niet worden gebruikt voor andere
doeleinden dan waarvoor het is ontworpen.
• Het is erg belangrijk dat het apparaat wordt bediend door bevoegde personen die hiertoe fysiek en mentaal in staat zijn en
die op voorhand de gebruiksinstructi es hebben ontvangen. Personen die niet aan deze criteria voldoen, mogen het toestel
niet benaderen om blootstelling aan gevaarlijke onderdelen te vermijden.
• Houd het toestel buiten het bereik van kinderen.
• De installati e van het toestel moet worden uitgevoerd door een erkend technicus, volgens de instructi es van de fabrikant en
de geldende plaatselijke normen. De installateur is verantwoordelijk voor het installeren van het apparaat en de naleving
van de nati onale regelgeving met betrekking tot de installati e. De fabrikant kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld
wanneer de lokale installati enormen niet worden gerespecteerd.
• Elke slechte installati e en/of verkeerd gebruik kan leiden tot ernsti ge materiële schade of lichamelijke letsels (die tot de
dood kunnen leiden).
• Elk materiaal, zelfs port betaald en zonder verpakkingskosten, wordt op risico van de ontvanger verzonden. Indien schade
veroorzaakt ti jdens het transport wordt geconstateerd, moet dit schrift elijk op de leveringsbon worden vermeld (bevesti ging
binnen 48 uur per aangetekend schrijven aan de vervoerder). In het geval van een apparaat met koelmiddel, en het apparaat
werd omgekeerd, dit laten aantekenen door de vervoerder.
• Bij storing van het apparaat niet proberen zelf het apparaat te repareren, maar contact opnemen met een gekwalifi ceerd
installateur.
• Raadpleeg de garanti evoorwaarden voor de gedetailleerde evenwichtsvoorwaarden van het toegelaten water voor de
werking van het apparaat.
• Het verwijderen of overbruggen van een van de veiligheidsvoorzieningen leidt automati sch tot de opheffi ng van de garanti e,
net als het gebruik van vervangingsonderdelen die niet door onze magazijnen zijn geleverd.
• Spuit geen insecti cide of andere chemische stof (brandbare of niet-brandbare) in het apparaat, deze kunnen de behuizing
beschadigen en brand veroorzaken.
• De apparaten van het type warmtepomp, fi ltrati epompen, en fi lters zijn compati bel met alle types van waterbehandeling.
• Bij apparaten van het type warmtepomp of luchtontvochti gers, de venti lator ti jdens het gebruik niet aanraken of een object
of vingers invoeren doorheen het rooster. Deze draait bij hoge snelheid en kan ernsti g letsel of de dood veroorzaken.
• De elektrische voeding van het apparaat moet worden beschermd door een speciale diff erenti eellekzekering van 30 mA
conform de normen van het installati eland.
• Er moet een loskoppelingssysteem worden voorzien om de voeding van alle polen volledig te snijden in de
overspanningscategorie III op de bedrading.
• Voor elke bewerking nagaan of:
- de spanning, aangegeven op het kenplaatje van het apparaat overeenkomt met deze van het net,
- het voedingsnet geschikt is voor het gebruik van dit apparaat, en beschikt over een stopcontact met aarding.
- of de stekker (indien aanwezig) is aangepast aan het stopcontact.
• In geval van abnormale werking, of bij verspreiding van geuren door het apparaat, dit onmiddellijk uitschakelen, de stekker
uit het stopcontact verwijderen en contact opnemen met een vakman.
• Maak vóór het uitvoeren van werkzaamheden aan het apparaat dat het spanningvrij is en buiten bedrijf is gesteld, evenals
alle andere apparatuur die er op is aangesloten, en dat de prioriteit verwarming (indien van toepassing) is uitgeschakeld.
• Een apparaat in bedrijf niet loskoppelen en opnieuw aansluiten.
• Niet trekken aan de voedingskabel bij het loskoppelen.
• Raak elektrische elementen niet aan met natt e handen.
• Reinig het klemmenbord of het stopcontact vóór het aansluiten.
• Voor elke component of subgeheel met een batt erij: niet herladen, niet uit elkaar halen, en niet in het vuur gooien. Niet
blootstellen aan hoge temperaturen of direct zonlicht.
• Ontkoppel bij onweerachti g weer het apparaat om te voorkomen dat dit wordt beschadigd door de bliksem.
• Dompel het apparaat niet onder in water (met uitzondering van de schoonmaakrobots) of modder.
• Het fl uïdum R407C of R410A niet afb lazen in de atmosfeer. Deze vloeistof is een gefl uoreerd broeikasgas, dat valt onder het
Protocol van Kyoto, met een potenti ële bijdrage aan de globale opwarming (GWP) = 1975 voor R410A of 1653 voorR407C -
(zie verordening over gefl uoreerde broeikasgassen in de Europese Gemeenschap richtlijn EG 842/2006).
• Volgens het Frans decreet nr 2007-737 moet als het apparaat meer dan 2 kg koudemiddelgas (zie typeplaatje) bevat een
lektest van het koelsysteem periodiek één keer per jaar worden uitgevoerd . Deze handeling moet worden uitgevoerd door
een erkende koelingsspecialist.
Aanvullende aanbevelingen gerelateerd met de Richtlijn voor Drukwerktuigen (PED-97/23/EG)
Installati e en onderhoud
Het apparaat mag niet in de buurt van brandbare materialen , of luchti nlaatmond van een aangrenzend gebouw worden geïnstalleerd.
Voor sommige apparaten is het verplicht om het accessoire beschermende rooster te gebruiken als de installati e zich bevindt op
een plaats waarvan de toegang niet is gereglementeerd. Tijdens de installati e-, reparati e- en onderhoudsfasen, is het verboden
om de leidingen als opstap te gebruiken: onder deze belasti ng zouden de leidingen kunnen breken en zou de koelvloeistof ernsti ge
brandwonden kunnen veroorzaken. Tijdens de onderhoudsfase van het apparaat, dienen de samenstelling en de staat van de
warmtegeleidende vloeistof gecontroleerd te worden en dienen eventuele sporen van koelvloeistof opgespoord te worden. Tijdens
de jaarlijkse controle dient in overeenstemming met de van kracht zijnde wetgeving de afdichti ng van het apparaat, de juiste
aansluiti ng van de hoge en lage drukregelaars op het koelcircuit en de onderbreking van het elektrisch circuit in geval van acti vering
gecontroleerd te worden. Tijdens de onderhoudsfase dient men te controleren of er geen sporen zijn van corrosie of olievlekken
rond de koelcomponenten. Voorafgaand aan welke werkzaamheden ook aan het koelcircuit, dient men het apparaat verplicht uit te
schakelen en enkele minuten te wachten alvorens temperatuur- of drukmeters aan te brengen, omdat bepaalde onderdelen, zoals de
compressor en de leidingen, temperaturen van meer dan 100°C kunnen bereiken en de hoge drukken ernsti ge brandwonden kunnen
veroorzaken.
Herstellingen
Soldeerwerkzaamheden dienen uitgevoerd te worden door erkende soldeerspecialisten. Voor de vervanging van de leidingen mag
uitsluitend gebruik gemaakt worden van koperen buizen overeenkomsti g de norm NF EN 12735-1.
Detecti e van lekken, testen onder druk:
-gebruik nooit droge zuurstof of lucht, gevaar voor brand of ontploffi ngen,
-gebruik gedehydreerde sti kstof of een mengsel van sti kstof en het op het typeplaatje aangegeven koelmiddel,
-de druk van de test aan de lage en hoge druk zijde mag niet hoger zijn dan 42 bar (voor R410A), 20 bar en 15 bar (voor R407C) in het
geval dat het apparaat is voorzien van de opti e manometer.
Voor leidingen van het hogedrukcircuit uitgevoerd met een koperen buis van een diameter gelijk aan of meer dan 1''5/8, dient een
certi fi caat §2.1 overeenkomsti g de norm NF EN 10204 aangevraagd te worden bij de leverancier en dat aan het technisch installati edossier
toegevoegd dient te worden. De technische informati e met betrekking tot de veiligheidseisen van de verschillende toegepaste
richtlijnen staan aangegeven op het typeplaatje. Al deze informati e dient geregistreerd te worden in de installati ehandleiding van het
toestel die deel uit dient te maken van het technische installati edossier: model, code, serienummer, max. en min. TS, PS, fabricati ejaar,
CE-markering, adres van de fabrikant, koelvloeistof en gewicht, elektrische instellingen, thermodynamische en akoesti sche prestati es.
Recycling
D
it symbool geeft aan dat het apparaat niet bij het afval mag worden weggegooid. Het moet apart worden ingezameld voor
hergebruik, recycling of voor herwinning. Als het apparaat mogelijk milieugevaarlijke stoff en bevat, dan zullen deze verwijderd
of geneutraliseerd worden.
Neem contact op met uw dealer over het te volgen recyclingprogramma.
WAARSCHUWINGEN
NL
1