Weergave
E16 / E17
Fout op de ventilatormotor
E18
Probleem gemeld door de
compressordriver
E19
Communicatiestoring tussen
driver en compressor
E20
Hoofdkaart niet
geconfigureerd
4.3 I Inschakeling van de LED's op de elektronische kaart
LED5
Geen storing
Apparaat gestopt
Fout 04
Fout 05
Fout 06
Fout 07
Fout 08
Fout 09
Fout 10
Fout 11
Fout 12
Fout 14
Fout 15
Fout 16
Fout 17
Fout 18
Fout 19
Fout 20
: LED brandt
Mogelijke oorzaken
Ventilatormotor is
uitgeschakeld
Ventilatormotor is
beschadigd
Te hoge of te lage
voedingsspanning
Verkeerde waarde van
de wikkelingen van de
compressor
Slechte verbinding tussen
de A1- en A2-kaarten
Storing van de voeding van
de kaarten
Kaarten werken niet
Instelling kaart
LED4
: Led knippert
Oplossingen
Controleer de
connector van de
ventilatormotor. Als de
storing aanhoudt, raadpleeg
dan een erkend technicus
De ventilatormotor
vervangen
Controleer de spanning
van de voeding (maximaal
240 V ± 10%)
Controleer de
ohmwaarde van de
wikkelingen (verwachte
waarde ≈ 1 ohm)
Ga na of de aansluiting
tussen de connectoren
CONIN (kaart A1) en AB
(driverkaart A2) correct is
Controleer de voeding
van de kaarten
Vervang de kaarten
A1 (besturingskaart) en A2
(compressordriver)
Voer in de parameters
het model van het apparaat
in
LED3
LED2
Uitschakeling
• LED "rood continu"
= automatisch
• LED "rood knipperend"
= drukken op
• LED "rood continu"
= automatisch
• LED "rood knipperend"
= drukken op
• LED "rood continu" =
automatisch
• LED "rood knipperend"
= drukken op
Automatisch
Automatisch
LED1
Leeg: LED uit
NL
20