Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken
Typ voor FTP het FTP-adres. Bijvoorbeeld mijnServer/mijnDirectory. Voer de FTP-poort in. Poort
•
21 is de standaardpoort voor het versturen van opdrachten.
•
Typ voor SMB het adres van de netwerkmap. Bijvoorbeeld
mijnServer/mijnShare/mijnBestand.pdf. Voer de naam van het netwerkdomein in.
•
Selecteer indien nodig het type verificatie voor FTP en SMB.
Beperk de toegang tot de bladwijzer door een PIN invoeren.
Opmerking: De toepassing ondersteunt de volgende bestandstypen: PDF, JPEG, TIFF en HTML-
webpagina's. Andere bestandstypen zoals DOCX en XLXS worden ondersteund op sommige
printermodellen.
4
Klik op Opslaan.
Mappen maken
1
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
•
Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier
sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
•
Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan
worden geladen.
2
Klik op Bladwijzers > Map toevoegen en typ een mapnaam.
Opmerking: Beperk de toegang tot de map door een PIN in te voeren.
3
Klik op Opslaan.
Opmerking: U kunt mappen of bladwijzers in een map maken. Als u een bladwijzer wilt maken, zie
'Bladwijzers maken' op pagina
Contactpersonen beheren
Contactpersonen toevoegen
1
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
•
Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier
sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
•
Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan
worden geladen.
2
Klik op Adresboek.
3
Voeg een contactpersoon toe vanuit het gedeelte Contactpersonen.
Opmerking: U kunt de contactpersoon aan een of meerdere groepen toewijzen.
15.
16