Systeeminstallatie
Item
• Ladekoppeling
Hiermee bepaalt u of het apparaat moet doorgaan
met afdrukken als wordt vastgesteld dat het gebruikte
• Aut. Ladekeuze
papier niet overeenkomt met de instellingen. Als
bijvoorbeeld lade 1 en lade 2 zijn gevuld met hetzelfde
papierformaat, drukt het apparaat automatisch af
vanuit lade 2 als het papier op is in lade 1.
Deze optie wordt niet weergegeven als u
Automatisch hebt geselecteerd bij
Invoerlade in het printerstuurprogramma.
Hiermee wordt ingestelde papierformaat in het
printerstuurprogramma automatisch vervangen om
inconsistenties tussen A4- en Letter-papier te
voorkomen. Als u bijvoorbeeld A4-papier in de lade
Papier vervangen
hebt geplaatst, maar u het papierformaat in het
printerstuurprogramma op Letter hebt ingesteld, kan
het apparaat immers afdrukken op A4-papier en
omgekeerd.
Hiermee wordt bepaald of de foutmelding van
verkeerd papier wordt genegeerd of niet. Wanneer u
Verkeerd papier
Uit selecteert, stopt het apparaat niet met afdrukken,
zelfs niet wanneer het papier verkeerd is.
Omschrijving
Item
De printer detecteert de afdrukgegevens van de
computer ongeacht of de pagina leeg is of gegevens
Lege pg. afdr.
bevat. U kunt instellen dat de pagina moet worden
afgedrukt of overgeslagen.
• Modus: Selecteert de te gebruiken modus met
meerdere vakken.
Meerdere vakken
• Standaardlade: Selecteert de te gebruiken lade
als standaardlade.
Hiermee wordt de te gebruiken lade ingesteld als
Standaardbron
standaardlade.
Hiermee kan de telefoonlijst of de lijst met e-
Adresboek
mailadressen worden weergegeven en afgedrukt.
Omschrijving
3. Menu's met nuttige instellingen
204