9. Camera
Het apparaat heeft twee camera's om foto's mee te maken en videoclips mee op
te nemen. Een hoofdcamera met hoge resolutie bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat en maakt gebruik van de landschapsmodus. Een tweede
camera met lagere resolutie bevindt zich aan de voorkant en maakt gebruik
van de portretmodus.
Het apparaat ondersteunt een beeldresolutie van 2048 x 1536 pixels. De beeldresolutie kan
in deze documentatie anders zijn weergegeven.
Houd een veilige afstand aan wanneer u de flitser gebruikt. Richt de flitser niet van dichtbij
op mensen of dieren. Dek de flitser niet af wanneer u een foto maakt.
U kunt foto's en videoclips verzenden via een multimediabericht, als e-mailbijlage
of via een Bluetooth-verbinding. U kunt deze ook uploaden naar een compatibel
online album. Zie 'Online delen' op pag. 50.
■ Afbeeldingen vastleggen
Hoofdcamera
1. Als u de camera wilt activeren, drukt u op de cameratoets.
2. Druk op de volumetoetsen om in of uit te zoomen.
3. Druk de cameratoets half in om
de focus op een voorwerp vast
te zetten.
Druk op de cameratoets om een
foto te maken.
Tweede camera
1. Als u de tweede camera wilt activeren, drukt u op de cameratoets. Vervolgens
drukt u de bladertoets naar links of rechts om de werkbalk te openen en
selecteert u .
2. Druk de bladertoets omhoog of omlaag als u wilt in- of uitzoomen.
3. Als u een foto wilt maken, selecteert u Vastleggen.
De camera sluiten
Als u de camera wilt sluiten, selecteert u
Als u de Galerij vanaf de camera opent, wordt de camera gesloten.
52
Opties
> Afsluiten.
C a m e r a