Nummers en tekst invoeren
Als er meerdere nummer- en/of tekstvelden worden weerge-
geven (bijvoorbeeld Voornaam en Achternaam van een con-
tactpersoon), dan is het eerste veld automatisch ingeschakeld.
De volgende velden moet u door bladeren met de navigatie-
toets
inschakelen. Een veld is ingeschakeld als het een
knipperende cursor bevat.
Onjuiste invoer corrigeren
•
Teken voor de cursor wissen: kort op de displaytoets
•
Woorden voor de cursor wissen: lang op de displaytoets
Tekst invoeren
•
Letters/tekens: aan elke toets tussen
zen. Na het indrukken van de toets worden de tekens in een selectieregel links onder in het
display weergegeven. Het geselecteerde teken is gemarkeerd. Druk de toets meerdere keren
kort achter elkaar in om naar de gewenste letter/teken te springen.
•
Cursor verplaatsen: de letters/tekens worden op de cursorpositie ingevoegd. U kunt de cur-
sor verplaatsen door op de navigatietoets
op
.
•
Kleine letters, hoofdletters en cijfers: druk op de hekjetoets
ter te wisselen tussen kleine letters, hoofdletters en cijfers.
Bij het bewerken van een contactpersoon worden de eerste letter en elke letter die op een
spatie volgt automatisch als hoofdletter geschreven.
•
Speciale tekens: druk op de stertoets
der met de navigatietoets naar het gewenste teken en druk op de displaytoets Invoegen om
dit in te voeren.
•
Speciale letters: trema's of andere gemarkeerde/diakritische tekens voert u in door de
betreffende lettertoets meerdere malen in te drukken, zie tabellen met tekensets
pagina 50).
(
drukken.
drukken.
en
zijn meerdere letters en cijfers toegewe-
te drukken, in velden met meerdere regels ook
om de tabel met speciale tekens te openen. Bla-
Toestel leren kennen
Nieuwe invoer
Voornaam:
I
Achternaam:
Thuis:
‚
Opslaan
om voor de volgende let-
Abc
15