Opname (
)
Gezichtstint
Dit menu stelt u in staat om in de beautyshot-modus de tint van de
huid te bewerken. Hoe hoger het niveau dat u selecteert, des te
lichter is de huidstint.
1. Kies [Gezichtstint] door op de knop
Omlaag/Omlaag te drukken.
2. Selecteer de gewenste gezichtstint
door op de knop Links/Rechts te druk-
ken en druk vervolgens op de knop
OK.
3. Druk op de sluiterknop om een op-
name te maken.
Gezichtretouch.
Dit menu stelt u in staat om de huid stralend en mooi voor te stellen
alvorens een beautyshot-opname te maken. Hoe hoger het niveau
dat u selecteert, des te effectiever is de bewerking.
1. Kies [Gezichtretouch.] door op de
knop Omlaag/Omlaag te drukken.
2. Selecteer de gewenste gezichtsre-
touchering door op de knop Links/
Rechts te drukken en druk vervol-
gens op de knop OK.
3. Druk op de sluiterknop om een
opname te maken.
Automatisch scherpstellen
U kunt het scherpstelgebied van uw
voorkeur kiezen in overeenstemming
met de opnameomstandigheden.
Gezichtstint
[Centrum AF] (
Terug
Verpl.
[Multi AF] (
[Tracking AF] (
Gezichtretouch.
Terug
Verpl.
) : Er wordt scherpgesteld op het rechthoekige
gebied in het midden van het LCD-scherm
)
: De camera kiest een AF punt uit de 9 AF
punten.
) : De scherpte blijft gelijk naarmate het
onderwerp beweegt.
Als de camera scherpstelt op het onderwerp, wordt het automatische
scherpstelkader groen. Als de camera niet scherpstelt op het
onderwerp, wordt het automatische scherpstelkader rood.
Autom. scherpstellen
Terug
Verpl.
47