Antiblokkeerrem- en tractiecontrolesystemen
De tractiecontrole uitschakelen
WAARSCHUWING: Wanneer de tractiecontrole is uitgeschakeld,
werkt de motorfiets als een motorfiets die niet met
tractiecontrole is uitgerust, zonder regeling van de hoeveelheid
slip op het achterwiel.
De tractiecontrole uitschakelen:
1. Zorg ervoor dat de motorfiets is ingeschakeld (het
contactslot in de ON-positie, de standaard staat omhoog
(ingetrokken), en de motorstopschakelaar staat in de
ON-positie).
2. Schuif de MODUS-knop naar rechts en houd deze ca.
0,5 seconden ingedrukt om naar het Tractiecontrolemenu te
gaan en de modus te wijzigen.
3. Tik op de MODUS -knop naar links of rechts om naar de
Tractiecontrolemodus Uit te scrollen.
4. Druk op de MODUS -knop om de tractiecontrolemodus Uit te
kiezen. Hiermee verlaat u de Tractiecontrolemodus en wordt
de tractiecontrole tegelijkertijd in de Uit-modus gezet.
Let op: U kunt tijdens het rijden schakelen tussen de
tractiecontrolemodi. Als de gashendel in gebruik is, wordt de
verandering pas uitgevoerd wanneer deze terugkeert in de
gesloten positie. Als de gashendel gesloten is tijdens het
veranderen tussen modi, treden de veranderingen meteen in
werking.
4.20
De tractiecontrole inschakelen
De tractiecontrole inschakelen:
1. Zorg ervoor dat de motorfiets is ingeschakeld (het
contactslot in de ON-positie, de standaard staat omhoog
(ingetrokken), en de motorstopschakelaar staat in de
Draaien-positie).
2. Schuif de MODUS -knop naar rechts en houd deze ca.
0,5 seconden ingedrukt om naar het Tractiecontrolemenu te
gaan en de modus te wijzigen.
3. Tik op de MODUS-knop naar links of rechts om naar een
actieve tractiecontrolemodus te scrollen (Straat, Sport,
Regen of Offroad).
4. Druk op de MODUS -knop om een actieve
Tractiecontrolemodus te selecteren. Hiermee verlaat u de
modus Tractiecontrole en wordt de tractiecontrole
tegelijkertijd in de geselecteerde actieve modus gezet.
Let op: U kunt tijdens het rijden schakelen tussen de
tractiecontrolemodi. Als de gashendel in gebruik is, wordt de
verandering pas uitgevoerd wanneer deze terugkeert in de
gesloten positie. Als de gashendel gesloten is tijdens het
veranderen tussen modi, treden de veranderingen meteen in
werking.