4.
Voer de volgende gegevens in en tik op Next (Volgende):
●
APN: de Access Point Name van de server waarmee u verbinding probeert te krijgen.
●
Name (Naam): de aanmeldnaam voor de verbinding.
●
Password (Wachtwoord): het wachtwoord voor de verbinding.
5.
Tik op Next (Volgende).
6.
Kies in het volgende scherm een van de volgende opties en tik op Next (Volgende):
●
Dynamic Internet Protocol (IP) address (Dynamisch IP-adres)
●
Static IP address (Statisch IP-adres)
7.
Kies in het volgende scherm een van de volgende opties en tik op Next (Volgende):
●
Dynamic Domain Name System (DNS) addresses (Dynamische DNS-adressen)
●
Static DNS addresses (Statische DNS-adressen)
8.
Tik op OK.
Instellingen voor MMS-berichten bewerken
1.
Tik op MMS Multimedia Messages (MMS-berichten).
2.
Voer onder Enter the MMS Center Address (Voer adres MMS-centrum in) de URL in waar alle
MMS-berichten naartoe worden verzonden om vervolgens door het mobiele-telefoonnet te worden
bezorgd.
3.
Voer de volgende gegevens in:
●
APN: de Access Point Name van de MMS-server waarmee verbinding wordt gemaakt.
●
Name (Naam): de aanmeldnaam voor de MMS-server.
●
Password (Wachtwoord): het wachtwoord voor de MMS-server.
4.
Tik op OK.
5.
Voer het IP-adres en het poortnummer voor de WAP-MMS-gateway in en tik op Finished
(Voltooid).
Instellingen voor WAP-gegevens bewerken
1.
Tik op WAP Information (WAP-gegevens).
2.
Voer het IP-adres en de poortgegevens voor de WAP-gateway (Wireless Access Point) in.
3.
Tik op Next (Volgende).
4.
Voer het IP-adres en de poortgegevens voor de beveiligde WAP-gateway in.
5.
Tik op Voltooien.
46
Hoofdstuk 3 Verbindingen
NLWW