Bedieningshandleiding
Inspecties
Voetschakelaar testen
19 Druk de rode noodstopknop op het platform in
naar de stand 'uit'.
20 Trek de rode noodstopknop uit naar
de stand 'aan', maar start de motor niet.
21 Druk de voetschakelaar in en probeer de motor
te starten door de starttuimelschakelaar naar
een van beide zijden te verplaatsen.
Resultaat: De motor mag niet starten.
22 Druk de voetschakelaar niet in en start de motor
opnieuw.
23 Druk de voetschakelaar niet in. Test elke
machinefunctie.
Resultaat: De machinefuncties mogen niet in
werking treden.
Machinefuncties testen
24 Druk de voetschakelaar in.
25 Activeer elke joystick of tuimelschakelaar voor
machinefuncties.
Resultaat: Alle arm-/platformfuncties dienen een
volledige cyclus te doorlopen.
30
Stuurinrichting testen
26 Druk de voetschakelaar in.
27 Druk de duimschakelaar op de rij-joystick in de
richting aangegeven door de blauwe driehoek op
het bedieningspaneel OF verplaats de joystick
voor rijden en sturen langzaam in de richting
aangegeven door de blauwe driehoek.
Resultaat: De stuurwielen dienen in de richting
te draaien waarin de blauwe driehoeken op het
rijchassis wijzen.
28 Druk de duimschakelaar in de richting
aangegeven door de gele driehoek op het
bedieningspaneel OF verplaats de joystick voor
rijden en sturen langzaam in de richting
aangegeven door de gele driehoek.
Resultaat: De stuurwielen dienen in de richting
te draaien waarin de gele driehoeken op het
rijchassis wijzen.
Rijden en remmen testen
29 Druk de voetschakelaar in.
30 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de blauwe pijl op het
bedieningspaneel tot de machine gaat rijden en
zet de joystick vervolgens weer in de middelste
stand.
Resultaat: De machine dient zich te verplaatsen
in de richting waarin de blauwe pijl op het
rijchassis wijst en vervolgens abrupt te stoppen.
31 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de gele pijl op het
bedieningspaneel tot de machine gaat rijden en
zet de joystick vervolgens weer in de middelste
stand.
Resultaat: De machine dient zich te verplaatsen
in de richting waarin de gele pijl op het rijchassis
wijst en vervolgens abrupt te stoppen.
Opmerking: De remmen moeten in staat zijn de
machine tegen te houden op elke helling die door
de machine kan worden genomen.
S-60 • S-65
Zevende uitgave • Tweede druk
Onderdeelnr. T107109DU