6.3
Elektrische schakelkast
h
Aanwijzing
Afhankelijk van de modelvariant kan de
hier getoonde weergave van de elektro-
schakelkast (zie afb. 6.1) in details afwij-
kingen van de warmtepomp.
14
13
12
11
10
9
8
7
6
5
4
Afb. 6.1 Elektrische schakelkast
Legenda bij afb. 6.1
1
Trekontlastingen
2 Stroomvoorziening warmtepomp
3 Aanloopstroombegrenzer-print met controle-LED aanloop-
stroombegrenzer (brandt groen, indien OK)
4 Alleen VWW: thermisch overstroomrelais
5 Alleen VWW: Instelknop voor overstroom van de dompelpomp
6 Protectorbeveiliging brijnpomp
7 alleen VWS 380/2 en VWS 460/2: Aansturingsbeveiliging brijn-
pomp
8 Alleen VWW: Aansturingsbeveiliging dompelpomp met over-
stroomrelais (motorbeveiliging)
9 Beveiliging aanloopstroombegrenzer
10 Aansturingsbeveiliging compressor
11 Protectorbeveiliging compressor
12 Beveiliging voor extra verwarming
13 Regelingsprint
14 Aansluitrail voor sensor en externe componenten
Aan de elektrische schakelkast zijn bovendien hangend
twee leidingrollen gemonteerd (hier niet afgebeeld):
— kleine tweepolige stekker:
Aansluitleiding voor bedieningsconsole
— grote driepolige stekker:
Elektriciteitsvoorziening voor vrnetDIALOG
Installatiehandleiding geoTHERM VWS/VWW 0020072959_00
L
N
Zu
Auf
N
L
N
L
N
L
N
Zu
Auf
N
1 2
1 2
1 2
1 2
1 2
DCF OT AF
ZH
LP/UV 1
ZP
SK2-P
HK2-P
HK2
VF2
RF1
VF1
SP
BUS
DCF/AF
EVU
1
2
3
4
5
SCH
6
7
8
ASB
N
L
N
L
N
L
N
L
N
L
2
1
L
N 2 1
L N
2 1
ABB
A12-30-01
ABB
ABB
ABB
A8-30-01
A8-30-01
ABB
A8-30-01
ABB
A8-30-01
Elektrische installatie 6
1 2
1xZP
PE
N
L3
L2 L1
PE
N
L3 L2 L1
PE
N
L3 L2 L1
N
L3 L2 L1
PE
N N
L3 L3 L2 L1
Schütz für externe
Zusatzheizung
A12-30-01
ABB
A12-30-01
Een leiding voor vrnetDIALOG voor het aansluiten aan
de eBUS is tevens bij leveringsomvang (bijverpakking)
inbegrepen.
6.4
Stroomvoorziening aansluiten
Door de netexploitanten worden verschillende manieren
van stroomvoorziening voor warmtepompen voorzien.
De warmtepomp kan met verschillende soorten netvoe-
ding worden gebruikt. Op de volgende pagina's zijn drie
aansluitmethoden beschreven.
• Breng de stroomleiding(en) door het slobgat in de
achterwand van het toestel naar binnen.
• Voer de leidingen door het toestel, door de passende
trekontlastingen en naar de aansluitklemmen van de
aansluitstrip.
• Voer de aansluitbedrading uit zoals afgebeeld in de
volgende bedradingsschema's.
a
Attentie!
De toestelmantels moeten na voltooiing
van het installatiewerk gemonteerd wor-
den.
S S
PE
N
L3 L2 L1
1
2
3
25