Inhoudsopgave
Advertenties
Veld
WPA Pre-Shared Key (Vooraf
gedeelde sleutel van WPA)
Show Key (Sleutel tonen)
RADIUS Server (RADIUS-server)
RADIUS Port (Radius-poort)
RADIUS Key (RADIUS-sleutel)
Group Key Rotation Interval (Rotatie-
interval van groepssleutel)
WPA/WPA2 Re-auth Interval
(Re-authenticatie-interval
WPA/WPA2)
WEP Encryption (WEP-encryptie)
Shared Key Authentication
(Gedeelde-sleutel-authenticatie)
802.1x Authentication (802.1x-
authenticatie)
Network Key 1 – 4
Current Network Key (Huidige
netwerksleutel)
PassPhrase (Wachtzin)
9 • Wireless Pages (Pagina's over draadloze verbindingen)
Beschrijving
Stelt de vooraf gedeelde sleutel (PSK) van WPA in; ofwel een reeks van 8-
63 ASCII-tekens ofwel een hexadecimaal getal van 64-digits. Deze is
gespecificeerd wanneer de netwerkauthenticatiemethode WPA-PSK is.
Show Key - geeft de vooraf gedeelde sleutel van WPA weer.
Stelt het IP-adres van de RADIUS-server in dat moet worden gebruikt voor
client-authenticatie in dotted-decimale notatie (xxx.xxx.xxx.xxx).
Stelt het UDP-poortnummer van de RADIUS-server in; standaardinstelling is
1812.
Stelt het gedeelde geheim voor de RADIUS-verbinding in; de sleutel is een
reeks van 0 tot 255 ASCII-tekens.
Stelt het WPA Group Rekey Interval in seconden in. Stel het op nul in om
periodiek veranderen van sleutel te deactiveren.
Stelt de tijd in gedurende dewelke de draadloze router kan wachten
alvorens opnieuw authenticatie met de CPE tot stand te brengen.
Activeert of deactiveert Wired Equivalent Privacy-encryptie.
Stuurt een authenticatieverzoek naar het access point. Dan stuurt het
access point een challenge text naar de CPE.
De CPE encrypteert challenge text die hij naar het access point stuurt. Het
access point decrypteert en vergelijkt het bericht met de oorspronkelijke
challenge text. Indien ze dezelfde zijn laat het access point de CPE
verbinding maken; indien ze niet overeenkomen laat het access point de
CPE geen verbinding maken.
Gebruikt een sterkere authenticatie dan WEP en kan daarnaast worden
gebruikt.
Stelt de statische WEP-sleutels in wanneer WEP-encryptie is geactiveerd.
• Voer vijf ASCII-tekens of 10 hexadecimale digits voor een sleutel van 64-
bits in.
• Voer 13 ASCII-tekens of 26 hexadecimale digits voor een sleutel van 128-
bits in.
Wanneer zowel WPA-encryptie als WEP-encryptie worden geactiveerd, zijn
alleen sleutels 2 en 3 beschikbaar voor WEP-encryptie.
Selecteert de encryptie-(zend)-sleutel wanneer WEP-encryptie is
geactiveerd.
Stelt de tekst in voor gebruik voor het genereren van de WEP-sleutel.
B
49
Advertenties
Inhoudsopgave
