11
Importeer afbeeldingen.
Klik op [Import Images from Camera/
z
Beelden importeren van camera] en
vervolgens op [Import Untransferred
Images/Niet-verzonden afbeeldingen
importeren].
De beelden worden nu in afzonderlijke
z
mappen op datum op de computer
opgeslagen in de map Afbeeldingen.
Klik op [OK] in het scherm dat wordt
z
weergegeven nadat het importeren van
afbeeldingen is voltooid. Raadpleeg
"Softwarehandleiding" ( = 163) voor
instructies over het bekijken van beelden
op de computer.
●
Zodra u verbinding hebt gemaakt met apparaten via het
Wi-Fi-menu, worden recente bestemmingen als eerste vermeld
wanneer u het Wi-Fi-menu opent. U kunt eenvoudig opnieuw
verbinding maken door op de knoppen [
][
het apparaat te kiezen en vervolgens op de knop [
Als u een nieuw apparaat wilt toevoegen, opent u het scherm
voor apparaatselectie door op de knoppen [ ][ ] te drukken en
vervolgens de instelling te configureren.
●
Als u liever geen recente doelapparaten wilt weergeven, kiest
u MENU ( = 30) ► tabblad [
] ► [Instellingen Wi-Fi] ►
[Doelhistorie] ► [Uit].
●
Er wordt een bericht weergegeven als de bijnaam die u invoert,
met een symbool of spatie begint. Druk op de knop [
een andere bijnaam in.
●
Wanneer de camera verbonden is met een computer is het
camerascherm leeg.
●
Mac OS: als CameraWindow niet wordt weergegeven, klikt u op
het pictogram [CameraWindow] in het dock.
●
Schakel de camera uit om de verbinding te verbreken.
●
Als u [PIN-methode] kiest bij stap 6 wordt een pincode op het
scherm weergegeven. Stel deze code in bij het toegangspunt.
Kies een apparaat in het scherm [Apparaat selecteren].
Raadpleeg voor meer informatie de gebruikershandleiding die
is meegeleverd met uw toegangspunt.
Verbinding maken met toegangspunten in de lijst
] te drukken om
] te drukken.
] en voer
1
Bekijk de lijst met toegangspunten.
Geef de lijst met netwerken
z
(toegangspunten) weer, zoals
wordt beschreven bij stap 1–4 in
"WPS-compatibele toegangspunten
gebruiken" ( = 135).
2
Kies een toegangspunt.
Druk op de knoppen [ ][ ] of draai
z
aan de knop [ ] om een netwerk
(toegangspunt) te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ ].
3
Voer het wachtwoord in voor
het toegangspunt.
Druk op de knop [ ] om het toetsenbord
z
te openen en voer vervolgens het
wachtwoord in ( = 32).
Druk op de knoppen [ ][ ] of draai aan
z
de knop [ ] om [Volgende] te selecteren.
Druk vervolgens op de knop [ ].
4
Kies [Auto].
Druk op de knoppen [ ][ ] of draai aan
z
de knop [ ] om [Auto] te selecteren.
Druk vervolgens op de knop [ ].
Om beelden op te slaan op een
z
verbonden computer, volgt u de
procedure bij "WPS-compatibele
toegangspunten gebruiken" ( = 135)
vanaf stap 8.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
1
Basishandelingen
van de camera
2
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
3
Andere opnamemodi
4
P-modus
5
Tv-, Av-, M- en C-modus
6
Afspeelmodus
7
Wi-Fi-functies
8
Menu Instellingen
9
Accessoires
10
Bijlage
Index
137