MIC IP fusion 9000i
8
Netwerk
8.1
Netwerkservices
Op deze pagina vindt u een overzicht van alle beschikbare netwerkservices. Gebruik het
selectievakje om een netwerkservice te activeren of deactiveren. Klik op het
instellingssymbool naast de netwerkservice om naar de instellingenpagina voor deze
netwerkservice te gaan.
8.2
Netwerktoegang
De instellingen op deze pagina worden gebruikt om de camera te integreren in een bestaand
netwerk.
Automatische IPv4-toewijzing
Als er in het netwerk een DHCP-server aanwezig is voor de dynamische toewijzing van IP-
adressen, selecteert u Aan om het via DHCP toegewezen IP-adres automatisch te accepteren.
Voor bepaalde toepassingen moet de DHCP-server de vaste toewijzing tussen IP-adres en
MAC-adres ondersteunen. Bovendien moet de server zo worden ingesteld, dat een
toegewezen IP-adres bewaard blijft telkens als het systeem opnieuw wordt opgestart.
Ethernet
In deze sectie worden de Ethernet-opties gedefinieerd.
IP V4-adres
IP-adres
Voer in dit veld het gewenste IP-adres voor de camera in. Het IP-adres moet geldig zijn voor
het netwerk.
Subnetmasker
Voer hier het desbetreffende subnetmasker voor het geselecteerde IP-adres in.
Gateway-adres
Als u wilt dat het systeem verbinding maakt met een externe locatie in een ander subnet, voer
dan hier het IP-adres van de gateway in. Laat anders het invoervak leeg (0.0.0.0).
IP V6-adres
IP-adres
Voer in dit veld het gewenste IP-adres voor de camera in. Het IP-adres moet geldig zijn voor
het netwerk. Een typisch IPv6-adres is bijvoorbeeld als volgt opgebouwd:
2001:db8: :52:1:1
Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor een geldige opbouw van een IPv6-adres.
Lengte voorvoegsel
Een typisch adres van een IPv6-knooppunt bestaat uit een voorvoegsel en een interface-
identificatiecode (totaal 128 bits). Het voorvoegsel is het gedeelte van het adres dat de bits
aangeeft die vaste waarden hebben of de bits die een subnet definiëren.
Gateway-adres
Als u wilt dat het systeem verbinding maakt met een externe locatie in een ander subnet, voer
dan hier het IP-adres van de gateway in. Laat anders het invoervak leeg (0.0.0.0).
DNS-serveradres 1 / DNS-serveradres 2
De camera is gemakkelijker toegankelijk wanneer het apparaat is vermeld op een DNS-server.
Indien u bijvoorbeeld een internetverbinding tot stand wilt brengen met de camera, is het
voldoende om de naam van het apparaat in te voeren op de DNS-server als URL in de browser.
Voer het IP-adres van de DNS-server hier in. Servers worden ondersteund voor veilige en
dynamische DNS-verbindingen.
Bosch Security Systems
Bedieningshandleiding
Netwerk | nl
59
2020-10 | 1.3 |