Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Koerslijn En Hoekmarkeringen; De Koerslijn En Hoekmarkeringen Instellen - Garmin GPSMAP 9x3 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor GPSMAP 9x3:
Inhoudsopgave

Advertenties

Overstag gaan en gijpen vanuit een vaste windsturing
Voordat u vaste windsturing kunt inschakelen, moet er een windsensor zijn geïnstalleerd.
1 Schakel vaste windsturing in
2 Selecteer Opties.
3 Selecteer een optie.
De stuurautomaat stuurt uw boot door een overstag- of gijpmanoeuvre en informatie over de voortgang van
de overstag- of gijpmanoeuvre wordt weergegeven op het scherm.
Een overstagvertraging instellen
Met behulp van de overstagvertraging kunt u een overstagmanoeuvre vertragen nadat u de manoeuvre initieert.
1 Selecteer in het stuurautomaatscherm Opties > Stuurautomaat instellen > Zeilinstellingen >
Overstagvertraging.
2 Selecteer de lengte van de vertraging.
3 Selecteer zo nodig OK.
De gijpbegrenzer inschakelen
OPMERKING: De gijpbegrenzer weerhoudt u er niet van handmatig te gijpen met gebruik van het roer of de
koerswijzigingsstap.
De gijpbegrenzer voorkomt dat de stuurautomaat gijpt.
1 Selecteer in het stuurautomaatscherm Opties > Stuurautomaat instellen > Zeilinstellingen > Gijpbegrenzer.
2 Selecteer Ingeschak..
Koerslijn en hoekmarkeringen
De koerslijn is een lijn op de kaart vanaf de boeg van de boot in de richting van de koers die de boot gaat varen.
Hoekmarkeringen geven de relatieve positie aan van de koers of de koers over de grond, die u helpt tijdens
casting of het vinden van referentiepunten.
De koerslijn en hoekmarkeringen instellen
De koerslijn is een lijn op de kaart vanaf de boeg van de boot in de richting van de koers die de boot gaat varen.
Hoekmarkeringen geven de relatieve positie aan van de koers of de koers over de grond, die u helpt tijdens
casting of het vinden van referentiepunten.
U kunt de voorliggende-koerslijn en de koers-over-de-grondlijn (COG) weergeven op de kaart.
Koers over de grond (COG) is de richting waarin u beweegt. Voorliggende koers is de richting waarin de boeg
van de boot wijst wanneer een koerssensor is aangesloten.
1 Selecteer op een kaart Opties > Lagen > Mijn boot > Koerslijn > Hoekmarkeringen.
2 Selecteer indien nodig Bron en selecteer een optie:
• Als u automatisch de beschikbare bron wilt gebruiken, selecteert u Auto.
• Als u de koers van de GPS-antenne wilt gebruiken voor de COG, selecteert u GPS-koers (COG).
• Als u gegevens van een aangesloten koerssensor wilt gebruiken, selecteert u Koers.
• Als u gegevens van zowel een aangesloten koerssensor als de GPS-antenne wilt gebruiken, selecteert u
Koers over de grond en voorliggende koers.
Hiermee worden zowel de voorliggende-koerslijn als de koers-over-de-grondlijn weergegeven op de kaart.
3 Selecteer Scherm en selecteer een optie:
• Selecteer Afstand > Afstand en voer de lengte in van de lijn die wordt weergegeven op de kaart.
• Selecteer Tijd > Tijd, en voer de tijd in die wordt gebruikt om de afstand te berekenen die uw boot in de
opgegeven tijd aflegt bij de huidige snelheid.
74
(Vaste windsturing inschakelen,
pagina 73).
Zeilfuncties

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave