Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Grafiekbereik En De Tijdschaal Instellen; Batterijbeheer; De Pagina Batterijbeheer Instellen; Inreach® Berichten - Garmin GPSMAP 9x3 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor GPSMAP 9x3:
Inhoudsopgave

Advertenties

Het grafiekbereik en de tijdschaal instellen
U kunt opgeven hoe lang diepten worden weergegeven in de grafieken voor diepte- en watertemperatuur en welk
dieptebereik wordt weergegeven.
1 Selecteer in een grafiek Grafiekinstellingen.
2 Selecteer een optie:
• Als u een schaal voor de verstreken tijd wilt instellen, selecteert u Tijdsduur. De standaardinstelling is 10
minuten. Als u een hogere waarde instelt, kunt u de variaties gedurende een langere periode bekijken. Als
u een lagere waarde instelt, kunt u meer details voor een kortere periode weergeven.
• Als u de schaal van de grafiek wilt instellen, selecteert u Schaal. Wanneer u een hogere waarde opgeeft,
kan er meer variatie in de metingen worden weergegeven. Wanneer u een lagere waarde kiest, kunt u meer
details voor de variatie weergeven.
Batterijbeheer
U kunt de batterij en andere voedingsbronnen bekijken, en de toestellen die gebruikmaken van die bronnen.
Batterijen worden boven aan het scherm vermeld. Andere voedingsbronnen, zoals zonnecellen, dynamo,
converter en windgenerator, worden aan de linkerkant vermeld. De items aan de rechterkant van het scherm
zijn toestellen die gebruikmaken van de batterijen en andere voedingsbronnen.
De pagina Batterijbeheer instellen
1 Selecteer Schip > Accubeheer > Opties > Bewerk toestellen.
2 Selecteer een item.
3 Selecteer Toestel en selecteer een item in de lijst.
4 Selecteer zo nodig Naam, voer een naam voor het toestel in en selecteer OK.
5 Selecteer zo nodig Wijzig pictogram, selecteer een nieuw symbool en selecteer OK.
6 Herhaal stap 2 t/m 5 voor elk toestel.
Lees of beantwoord geen berichten tijdens het besturen van het vaartuig. Als u geen aandacht geeft aan de
omstandigheden op het water, kan dit resulteren in schade aan vaartuigen, lichamelijk letsel of overlijden.
U kunt een inReach Mini toestel verbinden met de kaartplotter om berichten te lezen, beantwoorden en vooraf in
te stellen vanaf de kaartplotter.
OPMERKING: Het inReach Mini toestel moet verbonden zijn met de kaartplotter en satellietsignalen ontvangen
om berichten te kunnen versturen en ontvangen met de kaartplotter.
Open de InReach® pagina door Schip > InReach® te selecteren.

Een inReach toestel verbinden met de kaartplotter

U kunt een compatibel inReach toestel verbinden met de kaartplotter om gegevens te beheren.
1 Breng het inReach toestel binnen 3 m (10 ft.) van de kaartplotter.
2 Selecteer in het hoofdmenu van het inReach toestel Stel in > ANT+ > Status > Aan.
3 Selecteer op de kaartplotter Schip > InReach® > Koppelen wordt gestart.
De kaartplotter begint naar het inReach toestel te zoeken en maakt er verbinding mee. Dit kan tot 60
seconden duren.
4 Vergelijk de code op het inReach toestel met de kaartplotter indien nodig, en selecteer OK als ze overeen
komen.
De inReach en kaartplotter maken automatisch verbinding wanneer ze binnen het bereik komen.
inReach
berichten
®
inReach
berichten
®
WAARSCHUWING
139

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave