Trappenhuisschakelaar uit-
schakelvertraging
Hier wordt de parameter voor de duur van de inschakeltijd van de
trappenhuisfunctie ingesteld.
Na verstrijken van de hier ingestelde tijd wordt de verlichting uitge-
schakeld of (indien parameter ingesteld) de waarschuwingstijd
gestart.
Een verder AAN-telegram tijdens de uitschakelvertragingstijd acti-
veert de tijd na, d.w.z. de hier ingestelde tijd wordt opnieuw
gestart.
De trappenhuisfunctie is alleen actief als bij het drukcontact van dit
dimkanaal de functie "Trappenhuis" is geselecteerd.
Waarschuwingstijd vooraf
De waarschuwing vooraf moet conform DIN 18015-2 personen die
zich nog in het trappenhuis bevinden waarschuwen dat het licht
binnenkort automatisch wordt uitgeschakeld.
De hier ingestelde waarschuwingstijd vooraf wordt gevolgd door
de tijd die is ingesteld in de parameter "Uitschakelvertraging trap-
penhuisschakelaar".
Als waarschuwing vooraf kan met de parameter "Lichtsterkte aan-
dimmen" een waarschuwingslichtsterkte vooraf worden ingesteld,
die moet worden toegepast voordat het kanaal permanent wordt
uitgeschakeld. Normaal is de lichtsterkte voor de waarschuwing
vooraf gereduceerd ten opzichte van de inschakellichtsterkte.
Lichtsterkte aandimmen
Hier wordt de lichtsterkte ingesteld die tijdens de waarschuwings-
tijd moet gelden. Binnen de waarschuwingstijd wordt het dimka-
naal ingesteld op de ingestelde parameter van de lichtsterkte.
Deze parameter is alleen beschikbaar als bij de parameter ""Waar-
schuwingstijd vooraf" een tijd is ingevoerd.
0 ... 65535 s (0 ... 18:12:15
uur)
0 ... 3599 s (0 ... 59:59 min)
1
5
...
100
7.6.2
Ingang
Debouncingtijd
Deze parameter legt de tijd van debouncing individueel voor de
ingang vast.
Volgens de hier ingestelde tijd wordt het ingangssignaal bij de
ingang vertraagd verwerkt.
Contacttype
Hier wordt het contacttype van het aangesloten contact vastge-
legd.
Bij het sluiten van het contact
Deze parameter bepaalt de reactie, wanneer het bij de ingang aan-
gesloten contact wordt gesloten.
Bij het openen van het con-
tact
Deze parameter bepaalt de reactie, wanneer het bij de ingang aan-
gesloten contact wordt geopend.
Temperatuurafstelling
Hier kan de waarde voor de temperatuurafstelling worden inge-
voerd, als de door de aangesloten voeler gemeten temperatuur
afwijkt van de werkelijke ruimtetemperatuur.
Om de temperatuurafwijking vast te stellen, moet de werkelijke
ruimtetemperatuur worden bepaald door middel van een referen-
tiemeting met een geijkte temperatuurmeter.
De gemeten waarde moet worden verhoogd indien de door de voe-
ler gemeten waarde lager is dan de werkelijke temperatuur.
De meetwaarde moet worden verlaagd als de door de voeler
gemeten waarde boven de werkelijke temperatuur ligt.
/ Parameters
Gira One
10 ...255 ms
Maakcontact
Verbreekcontact
Geen reactie
Inschakelen
Uitschakelen
Omschakelen
Geen reactie
Inschakelen
Uitschakelen
Omschakelen
- 12,8 ... 12,7 K
73