Gira One Handleiding pagina 63
Verberg thumbnails
Zie ook voor One:
- Bedieningsvoorschrift (17 pagina's) ,
- Bedieningsvoorschrift (20 pagina's)
Advertenties
66
/ Projectering met de GPA
Gira One
6.8.2
Functies en verbruikers toewijzen
Selecteer eerst de functie, om de apparaten met de verbruikers te ver-
binden. Vervolgens kunt u de gewenste verbruiker toewijzen.
Voorbeeld:
Als de verbruiker "Dimmen - licht" moet worden toegewezen aan een
drukcontact, markeer dan het drukcontact, selecteer voor de wip de
functie "Dimmen" en wijs vervolgens de verbruiker "Dimmen - licht"
toe.
Functies en verbruikers toewijzen
6.8.3
Apparaatparameters instellen
Als de vooraf ingestelde apparaatparameters niet moeten worden ge-
bruikt, kunnen de parameters voor elke apparaatfunctie naar wens
worden aangepast in de dialoog "Parameterinstellingen".
Open het dialoogvenster "Parameterinstellingen" door op het tandwiel
naast de functie te klikken.
Een lijst met alle instelbare parameters vindt u vanaf pagina 68.
Uitgebreide parameters oproepen
6.9
Gebruiker aanmaken
Voor elk nieuw project worden met de "Installateur" en de "Eigenaar"
automatisch 2 gebruikers aangemaakt. Voor deze gebruikers kunnen
hier de verbindingsgegevens worden aangemaakt. Andere gebruikers
(andere bewoners of Smart Home app gebruiker) kunnen hier ook wor-
den aangemaakt.
Met de hier vastgelegde verbindingsgegevens kan later verbinding
worden gemaakt met de Gira Smart Home app.
Gebruiker aanmaken
6.10
Project in bedrijf stellen
Als alles klaar is, wordt het project overgedragen naar de Gira One ser-
ver. Klik hiervoor op de knop rechtsboven om met de inbedrijfstelling te
starten.
Inbedrijfstelling
Advertenties
