HET BEVESTIGEN VAN DE TAKEL
1
AAN DE LAST
Bevestig de lasthaak 10, die aan de
draadkabel
8
is bevestigd met de ge-
leiderol
9
, stevig aan de last die u van
plan bent te trekken. Controleer of de
snapsluiting
6
gesloten is.
3
Door de stophendel
5
in de ontgren-
delde positie te houden, kan de kabel
worden afgewikkeld en kan de takel
worden getrokken.
EEN LAST TREKKEN
1
Duw de trekveer
2
omlaag en in de
trekstand, waardoor de borgpen
weer in de katrol
4
vastklikt.
Waarschuwing! Trek lasten alleen
horizontaal.
DE TAKEL VERSLAPPEN/ONTKOP-
1
PELEN
Zorg ervoor dat de last goed is vast-
gemaakt om te voorkomen dat deze
onbedoeld loskomt. Om de takel te ont-
grendelen, duwt u de spanveer
hoog om de borgpen
3
te ontgrendelen.
Waarschuwing! Het is mogelijk dat
de last abrupt loskomt!
3
Houd met uw vinger de stophendel
in deze stand en laat de spanhendel
weer los.
38
NL
2
Duw de spanveer
2
omlaag en in de
ontgrendelstand, waardoor de borgpen
3
van de katrol
4
loskomt.
4
Trek de takel naar het tweede beves-
tigingspunt en bevestig deze met de
bevestigingshaak 7.
2
Beweeg nu de handhendel
3
hulp van pompbewegingen. Hierdoor
wordt de draadkabel
8
weer op de ka-
trol
4
gewikkeld en wordt de last naar
de gewenste positie getrokken.
2
Duw de spanhendel
1
volledig naar vo-
ren, de stophendel
5
wordt naar boven
geduwd.
2
om-
5
4
Door de spanhendel
1
los te laten, ver-
1
slapt de draadkabel 8. U kunt nu de
lasthaak
10
en de bevestigingshaak
losmaken en de kabeltrekker verwijde-
ren.
1
3
2.
2.
1
met be-
1
1
3
7
2
4
1. 1.
2
2
2. 2.
4
1. 1.
NL
39