LET OP!
Een verwarmingssysteem met een langzame
warmteafgifte, zoals bijvoorbeeld een vloerver-
warming, is mogelijk niet geschikt voor rege-
ling met behulp van de ruimtesensor van de
warmtepomp.
Gebruik de selectieknop om de kamertemperatuurin-
stelling te wijzigen in de gewenste temperatuur op het
display. Bevestig de nieuwe instelling met een druk op
OK. De nieuwe temperatuur wordt weergegeven aan
de rechterkant van het symbool in het display.
Instellen van de temperatuur (zonder geactiveer-
de ruimtevoelers):
Instelbereik: -10 tot +10
Standaardwaarde: 0
Het display geeft de instelwaarden voor verwarming
weer (verschuiving stooklijn). Verhoog of verlaag de
waarde op het display om de binnentemperatuur te
verhogen of te verlagen.
Gebruik de selectieknop om een nieuwe waarde in te
stellen. Bevestig de nieuwe instelling met een druk op
OK.
Het aantal stappen dat de waarde moet worden gewij-
zigd voor een graad verschil in de binnentemperatuur
hangt af van de verwarmingsinstallatie. Eén stap is
normaliter voldoende, maar in sommige gevallen
kunnen meerdere stappen nodig zijn.
De gewenste waarde instellen. De nieuwe waarde
wordt weergegeven aan de rechterkant van het sym-
bool in het display.
LET OP!
Een stijging in de kamertemperatuur kan
worden vertraagd door de thermostaten van
de radiatoren of de vloerverwarming. Open
daarom de thermostaten volledig, behalve in
die kamers waar een koudere temperatuur is
vereist, bijv. slaapkamers.
NIBE™ VVM 320
TIP
Wacht 24 uur voordat u een nieuwe instelling
invoert, zodat de kamertemperatuur tijd heeft
te stabiliseren.
Indien het buiten koud is en de kamertempe-
ratuur te laag is, verhoogt u de stooklijn in
menu 1.9.1 met één stap.
Indien het buiten koud is en de kamertempe-
ratuur te hoog is, verlaagt u de stooklijn in
menu 1.9.1 met één stap.
Indien het buiten warm is en de kamertempe-
ratuur te laag is, verhoogt u de waarde in me-
nu 1.1 met één stap.
Indien het buiten warm is en de kamertempe-
ratuur te hoog is, verlaagt u de waarde in me-
nu 1.1 met één stap.
Menu 1.2 - ventilatie (benodigde accessoire)
Instelbereik: normaal en snelheid 1-4
Standaardwaarde: normaal
U kunt hier de ventilatie in de woning tijdelijk verhogen
of verlagen.
Als u een nieuwe snelheid hebt geselecteerd, begint
een klok met aftellen. Wanneer de tijd is verstreken,
keert de ventilatiesnelheid terug naar de normale in-
stelling.
Indien nodig kunnen de verschillende terugsteltijden
worden gewijzigd in menu 1.9.6.
De ventilatorsnelheid wordt tussen haakjes (als percen-
tage) weergegeven achter iedere snelheidsoptie.
TIP
Indien er gedurende langere tijd wijzigingen
zijn vereist, gebruikt u de vakantiefunctie of
planning.
Menu 1.3 - programmering
In het menu
programmering
(verwarming/koeling/ventilatie) voor elke werkdag
gepland.
U kunt ook een langere periode instellen tijdens een
geselecteerde periode (vakantie), en wel in menu 4.7.
Menu 1.3.1 - verwarming
U kunt hier een hogere of lagere kamertemperatuur
programmeren tot max. drie perioden per dag. Als er
een ruimtesensor is geïnstalleerd en geactiveerd, is de
gewenste kamertemperatuur (°C) voor de opgegeven
periode ingesteld. Zonder een geactiveerde ruimtesen-
sor wordt de gewenste wijziging ingesteld in stappen
(instelling in menu 1.1). Eén stap is gewoonlijk voldoen-
de om de kamertemperatuur met één graad te veran-
deren, maar in sommige gevallen kunnen meerdere
stappen nodig zijn.
wordt het binnenklimaat
Hoofdstuk 8 |
Regeling - Menu's
41