Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Werkvoorbereiding; Technische Parameters - NEO TOOLS 04-601 Gebruiksaanwijzing

Accu zaklantaarn
Inhoudsopgave

Advertenties

2
1
5
6
Max.
50°C
10
9
Lees de gebruiksaanwijzing, volg de waarschuwingen en
1.
veiligheidsaanwijzingen op.
Laat kinderen niet in de buurt van het gereedschap komen.
2.
Bescherm tegen regen.
3.
Voor binnengebruik bestemd, bescherm tegen water en vocht.
4.
Recyclage.
5.
Tweede veiligheidsklasse.
6.
Selectief inzamelen.
7.
Accucellen niet in het vuur werpen.
8.
Ze vormen een bedreiging voor het watermilieu.
9.
Het opwarmen boven 50°C niet toelaten.
10.
BESTEMMING
De zaklantaarn is een draadloze, overdraagbare lichtbron. Het licht
wordt in LED-diodeS met groot vermogen verwerkt. In tegenstelling
tot traditionele gloeilampen zijn LED-diodes bestand tegen
mechanische stoten en hun levensduur loopt tot 10 000 werkuren.
BESCHRIJVING VAN GRAFISCHE PAGINA'S
De onderstaande nummering heeft betrekking op de elementen
van het toestel weergegeven op de grafische pagina's van deze
gebruiksaanwijzing.
Reflectiebehuizing
1.
Verbindingsas
2.
Hoofdschakelaar
3.
Handvat
4.
Bevestiging van de accu
5.
Handvat
6.
Accu
7.
Knop van de bevestiging van de accu
8.
LED diodes
9.
Oplader
10.
Knop van de indicatie van de oplaadstatus van de accu
11.
Indicatie van de oplaadstatus van de accu (LED diode).
12.
* Er kunnen verschillen tussen de afbeelding en het toestel optreden.

WERKVOORBEREIDING

ACCU PLAATSEN / VERWIJDEREN
• Druk op de bevestigingsknoppen van de accu (7) en trek de
accu (8) naar beneden (afb. A).
• Plaats de opgeladen accu (7) in de bevestiging van de accu (5)
zodat de knoppen van de blokkade een geluid geven (8).
ACCU OPLADEN
Het toestel wordt tezamen met gedeeltelijk opgeladen accu
geleverd. Het opladen van de accu dient in de temperatuur tussen
4
C - 40
C te gebeuren. Een nieuw accu of een door een langere
0
0
periode niet gebruikte accu gaat de volledige aandrijvingsvermogen
na ong. 3 - 5 oplaadbeurten bereiken.
4
3
8
7
55
• Verwijder de accu (7) uit het toestel (afb. A).
• Steek de oplader in het stopcontact (230 V AC).
• Schuif de accu (7) in de oplader (10) (afb. B). Controleer of de
accu juist geplaatst werd (tot het einde ingeschoven).
Na aansluiting van de oplader op het netwerk (230 V AC) gaat de
groene diode (9) op de oplader branden, wat het aansluiten van de
spanning weergeeft.
Na het plaatsen van de accu (7) in de oplader (10) gaat de rode diode
(9) op de oplader branden, wat het opladen van de accu weergeeft.
Tegelijkertijd gaan de groene diodes (12) van de indicatie van de
oplaadstatus met een pulslicht in verschillende combnaties branden
(zie eronder).
• Pulslicht van alle diodes - de accu is leeg en moet worden
opgeladen.
• Pulslicht van 2 diode's - accu is gedeeltelijk leeg.
• Pulslicht van 1 diode - accu is bijn volgeladen.
Als de accu vol is, gaat de diode (9) op de oplader met een groen
licht branden en alle diodes van de indicatie van de oplaadstatus
van de accu (12) gaan met een constant licht branden. Na een
bepaalde tijd (ong. 15 sec.) gaan de diodes van de oplaadstatus van
de accu (12) dimmen.
De accu mag niet langer dan 8 uur worden opgeladen. De
overschrijding van deze tijd kan een beschadiging van de cellen
van de accu als gevolg hebben. Na het volladen van de accu
gaat de oplader niet automatisch uit. De groene diode op de
oplader gaat steeds branden. De diodes van de indicatie van de
oplaadstatus van de accu gaan na een bepaalde tijd dimmen.
Voordat de accu uit de oplader weg te nemen, onderbreek de
verbinding met de spanning. Vermijd korte, opeenvolgende
oplaadbeurten. Laad de accu's niet bij na een kort gebruik van het
toestel. Een aanzienlijke verkorting van de tijd tussen de nodige
oplaadbeurten houdt in dat de accu verbruikt en uitgewisseld
dient te worden.
Tijdens het oplaadproces raken de accu's zeer heet. Begin nooit
met het werk als de accu pas opgeladen werd – wacht totdat de
accu tot de kamertemperatuur afkoelt. Op die manier kunnen de
beschadigingen van de accu worden voorkomen.
INDICATIE VAN DE OPLAADSTATUS VAN DE ACCU
De accu is voorzien van een indicatie van de oplaadstatus van
de accu (3 LED diode's) (12). Om de oplaadstatus van de accu te
checken, druk op de knop van de indicatie van de oplaadstatus (11)
(afb. C). Het branden van alle 3 diodes geeft een hoog oplaadniveau
van de accu weer. Het branden van 2 diodes geeft een gedeeltelijk
lege accu weer. Het branden van alleen maar 1 diode geeft een lege
accu en de noodzaak van het opladen weer.
WERK / INSTELLINGEN
AAN-/UITZETTEN
Aanzetten – druk op de hoofdschakelaar (3) (afb. D).
Uitzetten – druk opnieuw op de hoofdschakelaar (3).
INSTELLEN VAN DE HOEK VAN DE REFLECTIEBEHUIZING
Dankzij de toepassing van de verbindingsas (2) kan de positie van de
reflectiebehuizing (1) ten opzichte van het handvat (4) in 4 standen
gewijzigd worden (afb. E).

TECHNISCHE PARAMETERS

TYPEPLAATJE
Accu zaklantaarn
Parameter
Voedingsspanning
Vermogen
Aantal diodes
Lichtstraal
Kleurtemperatuur
Lichthoek
Bereik van de werktemperaturen
Waarde
18 V DC
3 W
3
260 lm
7000 K
120°
-10°C ÷ 45°C

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave