Camera en galerij
6
Tik op
.
• U kunt het beste onderwerpen op een afstand van maximaal 50 cm vanaf het apparaat
plaatsen. Plaats onderwerpen waarop u wilt scherpstellen, dicht bij het apparaat.
• A ls u foto's maakt, moet u ervoor zorgen dat er voldoende afstand is tussen het
onderwerp en de achtergrond. De afstand moet minstens drie keer de afstand zijn tussen
het apparaat en het onderwerp.
• D e kwaliteit van de foto's die worden gemaakt met het apparaat, kan worden beïnvloed
door de volgende omstandigheden:
– Het apparaat of het onderwerp beweegt.
– Er is veel tegenlicht, er is weinig licht of u maakt foto's binnenshuis.
– Het onderwerp of de achtergrond heeft geen patroon of bestaat uit een effen kleur.
Panorama
Maak een horizontale of verticale serie foto's en voeg deze samen om een brede scène te maken.
Tik op het voorbeeldscherm op Stand → Panorama.
Standbeheer
Selecteer de opnamestanden die u wilt weergeven op het selectiescherm voor de stand of wijzig de
volgorde waarin ze worden weergegeven.
1
Tik op het voorbeeldscherm op Stand → Standbeheer.
2
Vink de standen aan die u aan de lijst met standen wilt toevoegen.
• G ezichtscorrectie: een foto maken met gezichten die lichter zijn gemaakt voor zachtere
afbeeldingen.
• V irtuele tour: foto's in een ruimte maken door vooruit te bewegen of naar links of rechts te
draaien om verschillende hoeken van de ruimte vast te leggen.
• F oto & meer: een serie foto's maken en aanpassen door verschillende effecten toe te passen
met de opnamestanden.
• D ub. camera: de camera aan de voorzijde en aan de achterzijde tegelijk gebruiken om
tegelijkertijd met beide camera's een foto te maken of een video op te nemen.
106