Bij het onderschrijden van 0,08 MPa (0,8 bar) knipperen op
het display de rechter balkindicatie en de actuele vuldruk.
> Vul de CV-installatie bij (¬ hfdst. 5.1.4).
i
Als de vuldruk van de CV-installatie onder
0,05 MPa (0,5 bar) daalt, dan schakelt de
CV-ketel uit. Op het display verschijnen afwisse-
lend de foutmelding F.22 en de actuele vuldruk.
Om de CV-ketel opnieuw in gebruik te nemen, moet u water
in de CV-installatie bijvullen. Zodra u voldoende water hebt
bijgevuld, verdwijnt de weergave na ca. 20 seconden van-
zelf. Als de druk vaker daalt, moet de oorzaak voor het ver-
lies van CV-water worden vastgesteld en verholpen.
> Breng hiervoor uw erkend installateur op de hoogte.
De vuldruk kunt u aan de rechter balkindicatie zien of u
kunt de precieze waarde met behulp van de rechter keuze-
toets op het display laten weergeven.
3
0,8
5.2 Digitale indicatie vuldruk
> Druk twee keer op de rechter keuzetoets
Op het display verschijnt de waarde van de actuele vuldruk (1)
en de minimaal (3) resp. maximaal in te stellen vuldruk (2).
5.1.4
CV-installatie vullen
Attentie!
b
Beschadigingsgevaar door sterk kalkhou-
dend of sterk corrosief of met chemica-
liën vervuild leidingwater!
Ongeschikt leidingwater beschadigt afdich-
tingen en membranen, verstopt waterdoor-
stroomde componenten in de CV-ketel en in
de CV-installatie en veroorzaakt geluiden.
> Vul de CV-installatie alleen met geschikt
leidingwater.
> Vraag uw erkend installateur in geval van
twijfel om advies.
Voor het vullen en bijvullen van de CV-installatie kunt u nor-
maal leidingwater gebruiken. In uitzonderlijke gevallen zijn
er echter waterkwaliteiten die niet voor het vullen van de
Gebruiksaanwijzing ecoTEC classic 0020129669_01
1,0
3,0
CV-installatie geschikt zijn, omdat het water sterk corrosief
of sterk kalkhoudend is.
> Neem in een dergelijk geval contact op met uw erkend
installateur.
De CV-installatie wordt met een door de klant te plaatsen
vulkraan gevuld.
> Vraag uw erkend installateur waar de vulkraan zich
bevindt.
> Laat u door uw erkend installateur uitleggen hoe u de
CV-installatie moet vullen.
U kunt de precieze waarde van de vuldruk op het display
laten weergeven (¬ hfdst. 5.1.3).
Om de CV-installatie te vullen, gaat u als volgt te werk:
> Open alle radiatorkranen (thermostaatkranen) van de
CV-installatie.
> Verbind de vulkraan van de CV-installatie, zoals uw
erkend installateur het u uitgelegd heeft, met een koud-
waterkraan.
> Draai de vulkraan langzaam open.
> Vul met de aftapkraan zo lang water bij tot op het dis-
1
play de vereiste vuldruk bereikt is.
> Sluit de waterkraan.
> Ontlucht alle radiatoren.
2
> Controleer daarna de vuldruk aan het display.
> Vul evt. nog eens water bij.
> Sluit de vulkraan.
> Verwijder de verbinding van de vulkraan met de tap-
kraan.
> Keer terug naar de basisindicatie.
5.2
CV-aanvoertemperatuur instellen
.
5.2.1
CV-aanvoertemperatuur zonder aangesloten
thermostaat instellen
5.3 CV-aanvoertemperatuur instellen
Bediening
60
5
13