Werken met de serialisatie
Eenvoudig
Met de serialisatie Eenvoudig maakt u een serie
labels door één alfanumeriek teken in het patroon
te verhogen. Bijvoorbeeld 101, 102, 103, 104 enz.
Ga als volgt te werk om de serialisatie
Eenvoudig te gebruiken:
1. Typ de tekst voor uw label.
2. Druk op
. Rondom het teken, op de plaats
waar de cursor staat, verschijnt een kader.
3. Gebruik de pijltoetsen om de cursor te
verplaatsen naar het teken dat u wilt
verhogen en druk op
4. Selecteer het interval voor de label en druk
op
.
U kunt intervallen kiezen in stappen van
maximaal 10.
5. Selecteer het aantal labels dat u wilt maken,
en druk op
U kunt maximaal 99 labels maken.
Voor elke label in de serie wordt een nieuw label
toegevoegd in de display.
S
H
F I
T
Druk op
+
van hetzelfde geserialiseerde label af te drukken.
Zie Meerdere kopieën afdrukken op pagina 19.
Werken met de serialisatie Simultaan
Met de serialisatie Simultaan maakt u een serie
labels door twee verschillende alfanumerieke
tekens tegelijk te verhogen. Bijvoorbeeld: A-101,
B-102, C-103 enz.
Ga als volgt te werk om de serialisatie Simultaan
te gebruiken:
1. Typ de tekst voor uw label.
S
H
F I
T
2. Druk op
+
3. Selecteer Simultaan en druk op
Rondom het teken, op de plaats waar de cursor
staat, verschijnt een kader.
4. Selecteer de eerste tekenpositie die u wilt
verhogen en druk op
5. Selecteer de tweede tekenpositie die u wilt
verhogen, en druk op
.
.
om meerdere kopieën
.
.
.
.
6. Selecteer het interval voor de label en druk
op
.
U kunt intervallen kiezen in stappen van
maximaal 10.
7. Selecteer het aantal labels dat u wilt maken,
en druk op
U kunt maximaal 99 labels maken.
Voor elke label in de serie wordt een nieuw
label toegevoegd in de display.
Werken met de serialisatie
Geavanceerd
Met behulp van de serialisatie Geavanceerd kunt u
een serie labels maken waarvoor u twee reeksen in
het patroon hebt geselecteerd met opeenvolgende
intervallen.
Bijvoorbeeld A-101, A-102, A-103, B-101, B-102,
B-103, C-101, C-102, C-103 enz.
Ga als volgt te werk om de serialisatie
Geavanceerd te gebruiken:
1. Typ de tekst voor uw label.
S
H
F I
T
2. Druk op
+
3. Selecteer Geavanceerd en druk op
Rondom het teken, op de plaats waar de cursor
staat, verschijnt een kader.
4. Selecteer de eerste tekenpositie die u wilt
verhogen, en druk op
5. Geef aan met welk aantal u deze eerste
tekenpositie wilt verhogen en druk op
U kunt intervallen kiezen in stappen van
maximaal 10.
6. Geef op hoeveel maal deze tekenpositie
verhoogd moet worden, en druk op
7. Herhaal de stappen 4 t/m 6 voor de tweede
tekenpositie die u wilt verhogen.
U kunt maximaal 99 labels maken.
Voor elke label in de serie wordt een nieuw label
toegevoegd in de display.
Afdrukopties
U kunt meerdere kopieën van hetzelfde label
afdrukken, de kopieën samenvoegen, pauzeren een
pauze inlassen bij het knippen van labels, de label
vooruit spoelen en het afdrukcontrast aanpassen.
18
.
.
.
.
.
.