Symbolen invoegen
Symbolen die u in een label plaatst, kunt u net
als elk ander teken opmaken of verwijderen.
Ga als volgt te werk om een symbool in
te voegen:
S
H
F I
T
1. Druk op
+
2. Selecteer een categorie symbolen of
selecteer Alles om alle symbolen weer te
geven, en druk vervolgens op
3. Gebruik de pijltoetsen om het gewenste
symbool te selecteren.
4. Druk op
om het symbool in te voegen
op de label.
Werken met de tekstbibliotheek
De printer heeft een tekstbibliotheek met
de naam Mijn bibliotheek. U kunt eigen tekst
toevoegen aan de bibliotheek, en vervolgens
de bibliotheek gebruiken om snel tekst aan
uw labels toe te voegen.
Tekst aan Mijn bibliotheek
toevoegen
Tekstvermeldingen verschijnen in de
bibliotheeklijst in de volgorde waarin
ze aan de bibliotheek zijn toegevoegd.
Ga als volgt te werk om eigen tekst toe
te voegen:
S
H
F I
T
1. Druk op
+
2. Selecteer Nieuwe tekst en druk op
3. Geef de gewenste tekst op en druk op
De tekst wordt toegevoegd aan Mijn bibliotheek.
Bibliotheektekst invoegen
Bibliotheektekst die aan een label is toegevoegd
is identiek aan tekst die getypt werd via het klavier.
U kunt bibliotheektekst bewerken, indelen of
verwijderen.
Ga als volgt te werk om tekst aan een label toe
te voegen:
S
H
F I
T
1. Druk op
+
2. Selecteer de tekst die u aan uw label wilt
toevoegen, en druk op
De tekst wordt toegevoegd aan uw label.
.
.
.
.
.
.
Tekst uit Mijn bibliotheek
verwijderen
U kunt eigen tekst uit Mijn bibliotheek verwijderen.
Ga als volgt te werk om tekst uit Mijn
bibliotheek te verwijderen:
S
H
F I
T
1. Druk op
2. Selecteer de tekst die u wilt verwijderen en druk
op
BKSP
.
Er wordt een bevestigingsbericht weergegeven.
3. Druk op
Een serie labels maken
U kunt labels automatisch genereren door een
serie te maken. U maakt een startpatroon en stelt
vervolgens de stappen en het aantal in voor de serie.
U kunt elk getal of elke letter serialiseren door de
positie te selecteren die verhoogd moet worden,
voorbeelden zijn het cijfer 2 in 123 of de letter B in
ABC. Wanneer bijvoorbeeld de 2 geselecteerd is
in 123 en de verhogende stap is #=3, zullen de
resulterende labels afgedrukt worden als 123, 153
en 183.
De intervallen van letters zijn van A tot Z en van a
tot z en getallen van 1 tot 9. Bij het bereiken van de
letter Z of het getal 9 tijdens serialisatie wordt een
letter of getal toegevoegd om het interval voort te
zetten. Az bijvoorbeeld gaat naar Aaa, AZ gaat naar
BA en A9 gaat naar A10.
Er zijn drie serialisatiemethoden beschikbaar:
Eenvoudig, Simultaan en Geavanceerd.
.
17
+
.
om de tekst te verwijderen.