OPGELET!
OPGELET!
9740778
5.2 Fundamentele veiligheidsmaatregelen
5.2.1 Principiële veiligheidsmaatregelen bij normale werking
De installatie mag alleen door hiervoor opgeleid en bevoegd personeel worden bediend,
dat de gebruiksaanwijzing kent en deze ook naleeft!
Voordat de installatie wordt ingeschakeld moet gecontroleerd en veiligge-
steld zijn dat
alleen bevoegde personen in het werkgebeid van de installatie aanwezig zijn.
niemand door het opstarten van de installatie gewond kan raken!
Vóór iedere inbedrijfstelling
de installatie op zichtbare schade controleren en ervoor zorgen dat deze uitslui-
tend in onberispelijke staat wordt gebruikt!
Geconstateerde mankementen een meerdere melden!
Materiaal/voorwerpen uit het werkgebied van de installatie verwijderen dat/die niet
voor de werking van de installatie noodzakelijk is!
controleren en veiligstellen dat alle veiligheidsvoorzieningen correct functioneren!
5.2.2 Principiële veiligheidsmaatregelen bij onderhoud en instand-
houding
Houd de in de gebruiksaanwijzing voorgeschreven onderhoudsintervallen aan!
Neem de onderhoudsinstructies voor de aparte componenten in deze gebruiksaanwijzing
in acht!
Vóór de uitvoering van onderhouds- of reparatiewerkzaamheden moet het werkgedeelte
van de installatie voor onbevoegde personen worden afgezet! Breng borden aan, waar-
mee op onderhouds- of reparatiewerkzaamheden attent wordt gemaakt!
Zet vóór onderhouds- en reparatiewerkzaamheden de hoofdschakelaar voor de stroom-
voorziening uit hem beveilig hem met een hangslot! De sleutel voor dit hangslot moet in
handen van degene zijn die de onderhouds- of reparatiewerkzaamheden uitvoert! Bij het
negeren van deze instructie kan er ernstig lichamelijk letsel of materiële schade worden
veroorzaakt.
Zorg er voor het begin van onderhouds- en reparatiewerkzaamheden voor dat alle onder-
delen op de machine die eventueel aangeraakt worden, tot omgevingtemperatuur zijn af-
gekoeld!
Milieuschadelijke smeer,- koel- of reinigingsmiddelen moeten volgens de voorschriften
worden weggedaan.
8 / 18