Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Voordruk Meten; Gas/Luchtverhouding Meten En Instellen - Nefit EcomLine Excellent HR Installatie-Instructie

Verberg thumbnails Zie ook voor EcomLine Excellent HR:
Inhoudsopgave

Advertenties

Figuur 2.3.2.1

Voordruk meten

1
2
3
4
294026
Figuur 2.3.3.1
Meten drukverschil Honeywell gasregelblok
1
1
2
3
2
4
5
3
6
7
4
8
9
24 VAC
5
- max 6 VA
10
0
24 VAC
11
6
12
7
13
14
210018
Figuur 2.3.3.2
Meten drukverschil SIT gasregelblok
210027
Installatie-instructie Nefit EcomLine Excellent HR-toestellen
2.
IN BEDRIJF STELLEN
2.3.2 Voordruk meten
Om de voordruk te controleren, moeten de volgende handelingen uitgevoerd
worden:
-
Sluit de manometer op het meetpunt voordruk van het gasregelblok aan.
Bij de manometer aansluiten op de + kant (figuur 2.2.2).
De voordruk behoort nominaal 25 mbar te zijn.
-
Zet voldoende radiatoren open.
-
Zet de testschakelaar in stand 1 (vollast) en zorg dat het toestel brandt.
Meet de voordruk opnieuw zoals hierboven is omschreven.
Wanneer de gemeten druk meer dan 5 mbar afwijkt, controleer dan de
gasinstallatie voor het toestel of neem contact op met het Energiebedrijf
over de afstelling van de huisdrukregelaar.
-
Sluit na de drukmeting de meetdruknippels weer goed af.
-
Controleer de meetdruknippels op gasdichtheid.

2.3.3 Gas/luchtverhouding meten en instellen

Het toestel is in de fabriek aan een uitvoerige test onderworpen. De gas/lucht-
verhouding is correct afgesteld voor het Nederlandse aardgas. Bij toepassing
van een andere gassoort - bijvoorbeeld propaan - moet een ombouwset
gemonteerd worden. Het toestel moet opnieuw gecontroleerd en mogelijk
ingesteld worden.
Start- en geluidsproblemen kunnen veroorzaakt worden door een afwijking
tussen de gasdruk en de luchtdruk.
Let op:
De ingestelde waarde van het drukverschil tussen gas- en luchtdruk
behoort -5 Pa (of -0,05 mbar) te zijn. Hiervan mag maximaal 5 Pa
afgeweken worden. Zie figuur 2.3.3.3.
1. Neem de netstekker uit de wandcontactdoos.
2. Zorg dat de manometer op 0,00 mbar staat alvorens slangen aan te sluiten.
3. Houd de meter in dezelfde stand als waarbij de meter op 0,00 mbar is
ingesteld.
4. Trek de slang van meetpunt P1 + los.
5. Plaats in deze slang een T-stuk.
6. Koppel aan het T-stuk twee nieuwe slangen.
7. Koppel het uiteinde van een van de nieuwe slangen aan op meetpunt P1 + .
8. Koppel het uiteinde van de andere nieuwe slang aan op de - kant (meestal
de rechterzijde) van de manometer.
9. Draai de schroef van het meetpunt branderdruk bij het Honeywell of het
SIT-gasregelblok los (oud type eruit).
10. Sluit de + kant (meestal de linkerzijde) van de manometer aan op het
meetpunt branderdruk.
11. Zet de testschakelaar in stand 1 (mannetje met ladder).
12. Wacht tot het toestel brandt.
13. Druk nu op de serviceknop (circa 5 seconden) tot de letter 'Y' op het
display verschijnt.
14. Draai de witte tapwatertemperatuurknop op stand 1. Het toestel brandt
nu op laaglast.
15. De gemeten waarde - het drukverschil P - dient tussen 0 Pa (0,00 mbar)
en -10 Pa (-0,10 mbar). De optimale waarde is -5 Pa (-0,05 mbar).
16. Corrigeer - indien noodzakelijk - met behulp van de instelschroef P op
het gasregelblok . Verwijder indien aanwezig het afdekdopje. De instel-
schroef P op bij een Honeywell gasregelblok is te verdraaien met een
Torx-bitje T40H. Bij een SIT-gasregelblok is de instelschroef P afgedrukt
en is te verstellen met een schroevendraaier.
2-4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave