Opmerking: Neem de 'Veiligheidsinformatie' in Deel 1 in acht voordat je met de installatie begint.
Controleer aan de hand van de installatie- en onderhoudsinstructies, het typeplaatje en de technisch infofiche of
het product geschikt is voor de beoogde installatie.
3.1
Controleer de materialen, druk en temperatuur en hun maximumwaarden. Als de maximale werkingsgrens
van het product lager is dan die van het systeem waarin het wordt gemonteerd, zorg er dan voor dat er een
veiligheidsvoorziening in het systeem is opgenomen om overdruk te voorkomen.
3.2
Bepaal de juiste installatiesituatie en de richting van de vloeistofstroom.
3.3
Verwijder waar nodig de beschermkappen van alle aansluitingen en de beschermfolie van alle naamplaatjes
voor installatie op stoom of andere toepassingen met hoge temperaturen.
3.4
Installeer altijd verticaal met de systeemaansluiting aan de onderkant.
Opmerking: Als er geloosd wordt in de atmosfeer, zorg er voor dat dit op een veilige plaats gebeurt, de lozingsvloeistof
mag een temperatuur hebben van 100 °C (212 °F).
10
3. Installatie
Ketelpan
Fig. 3
VB14, VB21 en VB21 Food+ vacuümbrekers
Vacuümonderbreker
IM-P019-05-NL CMGT-UKn-04
Lucht