9.
Lijn de afbeeldingsdrum uit met de sporen in de
printer en druk de afbeeldingsdrum stevig op zijn
plaats.
10.
Lijn de tonercartridge uit met de sporen in de
printer en druk de tonercartridge stevig op zijn
plaats.
11.
Sluit de cartridgeklep.
Storingen in het gebied rondom de tonercartridge verhelpen
De volgende informatie beschrijft hoe u papierstoringen in het gebied van de tonercartridge verhelpt. Als er een
storing optreedt, knippert het waarschuwingslampje
86
Hoofdstuk 6 Problemen oplossen
.
NLWW