h. Reinig de optiek van de laser met een
zachte, droge borstel.
18. Het gebruik van de laser
Door de geleiding van de bundel van de
laser wordt een rechte zaagsnede verze-
kerd. U kunt langs een getekende lijn zagen
of de laserstraal op een vast punt op het
werkstuk richten en zagen.
Druk om de laser in te schakelen op de
18.1
aan-/uitschakelaar (13) voor de laser.
Druk om de laser uit te schakelen nog-
18.2
maals op de aan-/uitschakelaar(13)
voor de laser.
19. Tips voor het zagen
• Klem het werkstuk vast. Gebruik een
kleminrichting voor kleine werkstukken.
• Teken een lijn om de richting te bepalen
waarin het zaagblad moeten worden
geleid.
• Houd de machine stevig bij de hand-
greep vast.
• Stel de zaagsnelheid in.
• Stel de verstekhoek in.
• Stel de pendelpositie in.
• Schakel de machine in.
• Wacht totdat de machine volledig op
snelheid is.
• Plaats de zaagschoen op het werkstuk.
• Beweeg de machine langs de vooraf
getekende lijn, waarbij de zaagschoen
stevig tegen het werkstuk wordt
gedrukt.
• Oefen niet te veel druk uit op de
machine. Laat de machine het werk
doen.
• Schakel de machine uit en wacht tot de
machine volledig tot stilstand is geko-
men voordat u de machine wegzet.
20. Reiniging en onderhoud
• Haal voor alle onderhoudswerkzaamhe-
den aan de machine de stekker uit het
stopcontact!
• Reinig de machine met een vochtige
doek.
• Bij ernstiger vervuiling kunt u de doek
met een mild schoonmaakmiddel of
zachte zeep bevochtigen. Andere reini-
gingsmiddelen bevatten vaak chemi-
sche stoffen die de kunststof onderde-
len van de machine kunnen aantasten.
• Let erop dat de ventilatiesleuven altijd
schoon en open blijven. Verwijder na
ieder gebruik het vuil en schuurstof uit
de ventilatieopeningen met een kwast
of met perslucht.
• Let erop dat er geen vloeistoffen in de
machine terecht kunnen komen en
dompel de machine nooit onder in
vloeistoffen.
• Reparaties, inspecties van het binnen-
werk van de machine, instellingen en
het wisselen van koolborstels mogen
uitsluitend door een vakman worden
uitgevoerd. Er mogen uitsluitend iden-
tieke reserveonderdelen worden
gebruikt! Neem voor meer informatie
contact op met de klantenservice.
• Wanneer er zich sterkere vonken bij de
koolborstels voordoen, is dit een teken
dat de koolborstels moeten worden
vervangen. Laat de koolborstels door
een vakman vervangen.
21. Technische gegevens:
Netspanning: . . . . . . . 230-240 V~ 50 Hz
Opgenomen vermogen:. . . . . . . . . 850 W
Aantal slagen: . . . . . . . . . 0 - 3000 min
Slag lengte: . . . . . . . . . . . . . . . 22 mm
Pendel posities: . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Verstekhoek: . . . . . . . . . . . . 45° 0° 45°
Zaagcapaciteit hout: . . . . . . . . .100 mm
Zaagcapaciteit metaal: . . . . . . . . . 6 mm
Gewicht:. . . . . . . . . . . . . . . . . . 2,6 kg
Lengte kabel: . . . . . . . . . . . . . . . . 3 m
Geluidsdrukniveau L
Onzekerheid K
: . . . . . . . . . . . . 5 dB(A)
pA
Geluidsvermogenniveau L
Onzekerheid K
: . . . . . . . . . . . 5 dB(A)
WA
Hand arm vibratie:
Hout: . . . . . . . . . . . . . . 10,450 m/s
Onzekerheid K: . . . . . . . . . . . . .1,5 m/s
Beschermingsklasse: . . . . . . . . . . . . . II
Trillingsniveau
21.1
Het trillingsemissieniveau dat in deze
gebruiksaanwijzing wordt vermeld, is geme-
ten conform een gestandaardiseerde test in
Nederlands
: . . . . . .89,47 dB(A)
pA
:. . 100,47 dB(A)
WA
-1
2
2
33