mOdUs
Door middel van dit menu kan voor het gebruikte vermogen de werkingslogica van de machine ingesteld.
bereik: (MANuAL, AutoMAtic, AuX)
in de modus MANuAL kan de gebruiker het afgegeven niveau van thermisch vermogen en het type VeNtiLAtie selecteren op basis van zijn
behoeften.
De kachel zal alleen functioneren volgens de door de gebruiker geselecteerde instellingen.
in de modus AutoMAtic kan de gebruiker de gewenste temperatuur van de omgevingen en de te gebruiken VeNtiLAtie bepalen. De
kachel wordt automatisch geregeld om de ingestelde temperatuur te bereiken, zonder deze te overschrijden.
deze functie verbetert de gebruikerservaring van de generator in termen van verbruik, thermisch en akoestisch comfort, terwijl er
minder reiniging en onderhoud nodig is.
in de modus AuX kan de gebruiker het afgegeven vermogensniveau en het type VeNtiLAtie selecteren.
De kachel past zijn werking aan op basis van de externe thermostaat tA.
bij gesloten contact zal de kachel functioneren volgens de geselecteerde instellingen; bij geopend contact gaat de kachel over naar de
modulatie bij minimaal vermogen (of wordt hij uitgeschakeld als de functie stAND-by actief is).
De instelling: OK > MODUS > SET
venTilaTie
Deze functie maakt gebruik van de PRO AIR SETUP, door middel waarvan de ventilatie over 3 niveaus kan worden geregeld: Quiet,
reguLAr, boost.
Quiet: De ventilatie functioneert om het akoestische comfort te optimaliseren. De ventilatoren functioneren bij een lagere snelheid.
reguLAr: Voor het best mogelijke evenwicht tussen prestaties en comfort. Deze modus komt overeen met de fabrieksinstelling.
boost: Wanneer aan de omgeving zo snel mogelijk het ingestelde thermische vermogen van het apparaat moet worden afgegeven.
De instelling: OK > VENTILATIE >SET
kanalisaTie (alleen plUs)
Deze functie maakt gebruik van de PRO AIR SETUP, door middel waarvan de ventilatie over 3 niveaus kan worden geregeld: uit, Quiet,
reguLAr, boost.
uit Wanneer alleen de warmte met natuurlijke convectie gebruikt moet worden, zonder de bijdrage van de ventilatoren, voor een
maximaal geruisloze werking
Quiet: De ventilatie functioneert om het akoestische comfort te optimaliseren. De ventilatoren functioneren bij een lagere snelheid.
reguLAr: Voor het best mogelijke evenwicht tussen prestaties en comfort. Deze modus komt overeen met de fabrieksinstelling.
boost: Wanneer aan de omgeving zo snel mogelijk het ingestelde thermische vermogen van het apparaat moet worden afgegeven.
controleer dat de kanalisatie niet is uitgeschakeld; volg in dat geval de aanwijzingen van hoofdstuk "KANALisAtie WArMe LucHt".
De instelling: OK >KANALISATIE>SET
Door een externe Ntc-sonde of een radiosonde* aan te sluiten, kan de omgevingstemperatuur worden weergegeven en kan de set
TEMPERATUUR worden geregeld.
De instelling: OK >kanalisatie>TEMPERATUUR
*Optioneel
uit
QuiEt
REguLAR
bOOSt
N.b.: Het apparaat is ontworpen voor een altijd veilige werking.
De wijziging van het ventilatieniveau door de gebruiker zou in bepaalde gevallen geen duidelijke gevolgen kunnen hebben voor de regeling.
26
AkOEStiScH cOMFORt
NEDERLANDS
VERWARMingSSnELHEiD