RAADGEVINGEN VOOR HET GEBRUIK VAN REINIGING-
!
Opgelet
Deze warmwater schoonmaakmachine is bedoeld voor het
gebruik van wasmiddelen die door de fabrikant geleverd of
aanbevolen worden.
Het gebruik van andere wasmiddelen of chemische stoffen kan
nadelige gevolgen hebben voor de veiligheid van de schoon-
maakmachine.
1) Ter bescherming van de omgeving wordt aangeraden het
wasmiddel op verstandige wijze te gebruiken volgens de
aanwijzigingen op de verpakking van het middel.
2) Kiest U uit de serie aangeraden prdukten dat wasmiddel dat
geschikt is voor het type schoonmaak en verdunt U het met
water volgens de aanwijzigingen op de verpakking of in de
katalogus van de meest geschikte wasmiddelen voor het type
schoonmaakmachine met warm of koud water.
3) Vraagt U de katalogus der wasmiddelen aan bij Uw leve-
rancier.
WERKMETHODE VOOR HET KORREKTE SCHOONMAKEN
MET GEBRUIK VAN WASMIDDELEN
1) De oplossing van het meest geschikte wasmiddel voor het
type vuil en te wassen oppervlakte klaarmaken.
2) Schakel de hogedrukreiniger in en kies met behulp van de
keuzeschakelaar C) fig. 7 het te gebruiken product ("1" of "2").
Open de kraan van het betreffende reinigingsproduct, ref. L)
voor het product "1" of ref. M) voor het product "2" (fig. 7), door
de knop tegen de wijzers van de klok te draaien.
Besproei het te reinigen oppervlak, met een beweging van
onder naar boven toe.
Laat het product enkele minuten werken.
3) Zet de keuzeschakelaar van het reinigingsproduct C) fig. 7
in de stand "0". Sluit de doseerkranen door de knop in wijzerzin
te draaien.
4) Zorgvuldig de gehele oppervlakte spoelen met een bewe-
ging van boven naar beneden met warm of koud water onder
hoge druk.
5) Na het gebruik met het wasmiddel het aanzuigingscircuit
spoelen; de aanzuigslang (fig. 9) van het wasmiddel in een
tank met schoon water onderdompelen en de pomp 1 min. laten
draaien, waarbij de doseerkraan volledig open en de spuit op
de spuitstand moet staan.
Herhaal de handeling, eerst met de keuzeschakelaar van het
reinigingsproduct in de stand "1" en vervolgens in de stand
"2".
AFSTANDSBEDIENING. (Optioneel Accessoire).
AAlle modellen zijn ontworpen voor installatie van een afstands-
bediening die als optioneel accessoire wordt geleverd. Op het
bedieningspaneel zijn aanwezig:
A) Schakelaar voor het inschakelen.
B) Schakelaar verwarmingssysteem.
C) Keuzeschakelaar reinigingsproduct.
De afstandsbediening kan tot een afstand van 30 meter worden
bediend.
1) Start de hogedrukreiniger door de schakelaar A te draaien
SMIDDELEN
Nederlands
naar de stand "I". De schakelaar op de hogedrukschakelaar
moet in de stand "I" staan met lampje "N" dat brandt.
2) Om de hogedrukreiniger met heet water te bedienen, draai u
de schakelaar van het verwarmingssysteem B naar de stand I.
De temperatuurregeling kan alleen op de hogedrukreiniger
gebeuren.
3) Kies met keuzeschakelaar C het type product dat u wilt
gebruiken ("1" of "2").
De regeling gebeurt alleen op de hogedrukreiniger.
Foutmeldingen worden alleen weergegeven op het bedienings-
paneel van de hogedrukreiniger.
Als de hogedrukreiniger stopt, zet u de aan/uit-schakelaar van
de afstandsbediening in de stand "O" en draait u de hoofd-
schakelaar "A" van de hogedrukreiniger in de stand "0" en
vervolgens in de stand "I". Plaats de aan/uit-schakelaar van de
afstandsbediening weer in de stand "I".
DE GEBRUIKER MAG ALLEEN DIE VERRICHTINGEN
UITVOEREN WAARVOOR IN DIT BOEK TOESTEMMING
ELKE ANDERE HANDELING IS VERBODEN.
!
Gevaar
Voor de onderhoudsbeurten van de ketel, van de hogedruk
pomp, van het elektrische gedeelte en van die onderdelen die
met de veiligheid te maken hebben, dient men zich te wenden
tot onze Service Dienst.
De fabrikant staat niet in voor beschadigingen, wijzigingen,
reparaties en onderhoudsbeurten die niet korrekt door derden
uitgevoerd zijn op het artikel, zonder uitdrukkelijke toestemming
van de fabrikant.
De dokumentatie van de reparaties, van de geprogrammeerde
assistentie, als ook van eventueel bij het apparaat behorende
certifikaten overeenkomstig de van kracht zijnde wetgeving
(norm IEC 60364-1) dienen zorgvuldig bewaard te blijven
samen met het Instruktie-boekje.
Periodiek, maar tenminste eens per jaar, moet het apparaat aan
een algehele kontrole van de veiligheidsmechanismen en van
de afstelling door onze technische dienst onderworpen worden.
!
Gevaar
Alvorens aan de onderhoudsbeurt te beginnen, de schoonma-
akmachine uit de stroom sluiten door middel van de veelpolige
schakelaar of door de stekker uit het stopcontact te halen en uit
de watertoevoer sluiten. Door de toevoer kraan dicht te draaien
(Zie de hoofdstukken betreffende aansluiting op het elektricitei-
tsnet en de waterleiding). Na de onderhoudsbeurt eerst kontro-
leren of alle afsluitplaten weer korrekt zijn gemonteerd en met
de schroeven zijn vastgedraaid, vòòr de schoonmaakmachine
aan te sluiten op de stroom en op de watertoevoer.
Indien men dit voorschrift niet navolgt, ontstaat er gevaar
VOORZORGSMAATREGELEN TEGEN BEVRIEZING
De schoonmaakmachine mag niet aan vorst worden blo-
otgesteld.
- 12 -
ONDERHOUD
WORDT GEGEVEN.
van blikseminslag.