Inhoudsopgave
Advertenties
EIB KNX bewegingsmelder SPHINX 331, 331 S / 332, 332 S
•
Object 4 „Lichtsterktedrempel voor bewegingsafhankelijk schakelen"
Inleren via gewenste waarde
Door dit object kan de nieuwe gewenste waarde voor de lichtsterktedrempel direct als EIS5
lichtsterkte worden ingeprogrammeerd. De eerder ingestelde waarde wordt daardoor
overschreven.
De maximaal in te leren waarde is afhankelijk van de ingestelde compensatiefactor voor de
lichtsterktesensor.
Zie bijlage:
Begrenzing van de inleerwaarden
•
Object 5 „Constante lichtregeling"
Uitgangsobject voor de dimmerbesturing, als de functie „Constante lichtregeling" werd
geactiveerd.
Dit object kan, afhankelijk van de ingestelde parameters, telegrammen in 4-bits formaat voor
relatief dimmen (lichter/donkerder) of in 8-bits voor absoluut dimmen
zenden (dimwaarde in %).
•
Object 6 „Blokkering van de constante lichtregeling"
De blokkering geldt voor object 5.
Afhankelijk van de ingestelde parameters wordt de blokkering met een 1 of een 0
ingeschakeld.
Met een omgekeerd telegram wordt de blokkering weer opgeheven.
De reactie bij het inschakelen van de blokkering wordt op de parameterpagina „Constante
lichtregeling" ingesteld.
Na opheffing van de blokkering wordt de constante lichtregeling normaal voortgezet.
Wordt de regeling op „ja" ingesteld, d.w.z. onafhankelijk van de waarneming van een
beweging, dan kan met dit object het geregelde licht worden in- en uitgeschakeld.
Stand: Jan-14 (Wijzigingen voorbehouden)
theben
Pagina 10 van 25
Advertenties
Inhoudsopgave
