Opnemen
Opnemen met de CDR 20 is eenvoudig en gemak-
kelijk als u zich eenmaal vertrouwd gemaakt heeft
met de basishandelingen. Voor u aan uw eerste
opname begint vragen wij u even de CDR basis-
begrippen op pagina 14 door te nemen. Het is
vooral belangrijk vertrouwd te raken met de typen
discs die wel of niet in de CDR 20 kunnen worden
gebruikt. Bovendien kunnen een aantal op deze
pagina's gebruikte termen nieuw voor u zijn. De
volgende definities en informatie zullen u helpen
CD-opnamen te maken met de vele functies van
de CDR 20:
•
De CDR 20 accepteert analoge signalen, maar
ook digitale coax of optische signalen. Voor het
maken van een opname controleren of de juiste
ingang is gekozen.
•
Wanneer een disc opgenomen is moet deze
gefinaliseerd worden. Dit proces voegt de defi-
nitieve inhoudsopgave aan de disc toe,
waardoor deze kan worden afgespeeld op
andere machines. Een disc kan alleen op een
ander apparaat worden afgespeeld wanneer ze
correct is afgesloten.
•
De CDR 20 kan opnemen op zowel CD-R als
CD-RW discs, maar alleen van het type dat spe-
cifiek is ontworpen voor gebruik in consumen-
ten CD-recorders. U kunt deze discs herkennen
aan de tekst "Digital Audio" in het compact
disc logo op de blanco disc of de verpakking.
Discs met een logo dat alleen "Compact
Disc/Recordable" vermeldt zijn bedoeld voor het
opslaan van computergegevens en zij werken
NIET in de CDR 20.
•
CD-R discs kunnen niet gewist worden en u
kunt er ook geen materiaal aan toevoegen
nadat ze zijn gefinaliseerd.
•
Er moet minimaal vier (4) seconden opnametijd
over zijn op een niet gefinaliseerde disc om een
opname te kunnen maken.
•
Het maximaal aantal nummers dat op een disc
geregistreerd kan worden is 99.
•
Sommige typen CD-R/CD-RW audiodiscs kun-
nen alleen worden gebruikt voor opname op
normale snelheid. Gebruikt u een disc met zo'n
waarschuwing, let er dan op niet de 2- of 4-
voudige snelheid te kiezen bij het kopiëren. De
CDR 20 is wel getest op compatibiliteit met een
groot aantal blanco discs van fabrikanten over
de hele wereld. In de meeste gevallen zullen de
blanco discs opnamen van hoge kwaliteit ople-
veren bij alle snelheden.
•
In uitzonderlijke gevallen kan het gebeuren dat
een CD-speler niet geschikt is voor CD-R discs.
Indien een CD-R disc in bepaalde spelers wèl
speelt en in andere niet, ligt het probleem vrij-
wel zeker aan desbetreffende speler en niet aan
de CDR 20. Denk eraan dat CD-RW discs opge-
nomen met de CDR 20 alleen afspeelbaar zijn in
CD-spelers die speciaal ontworpen zijn voor
gebruik met CD-RW discs. Denk er aan dat de
meeste DVD-spelers geschikt zijn voor gefinali-
seerde CD-RW discs.
20 OPNEMEN
•
Sommige commerciële CD's kunnen een kopi-
eerbeveiling bevatten die voorkomt dat een
digitale kopie wordt gemaakt. In dat geval licht
kopieerbeveiliging G op als teken dat de
CD alleen analoog gekopieerd kan worden en
dat er geen probleem met de CDR 20 is.
•
Dit product is voorzien van het Serial Copy
Management System (SCMS) om de auteurs-
rechten te beschermen. Het systeem houdt in
dat het mogelijk is een kopie te maken van de
meeste CD's voor uw persoonlijk gebruik. Het is
echter niet mogelijk een digitale kopie van een
digitale kopie te maken. Het is wel mogelijk een
analoge kopie te maken van een digitale kopie.
Zie pagina 21.
•
De CDR 20 kan niet gebruikt worden voor het
kopiëren van DVD-discs, discs met computerge-
gevens, op CD gebaseerde discs met computer-
of videospelletjes, en van digitale audiodiscs
met een sampling frequentie die niet compatibel
is met het bereik van de sampling rate converter
van de CDR 20.
Met de CDR 20 kan op verschillende manieren
worden opgenomen:
•
Discs kopiëren met gebruik van het weergave-
deck van de CDR 20 als bron. Deze kopieën
kunnen één op één gemaakt worden, op twee-
maal de normale snelheid of op viermaal de
normale snelheid.
•
Opnemen van een externe CD-speler of andere
digitale bron, die gesynchroniseerd is met de
kopie die gemaakt wordt op de CDR 20.
•
Opnemen van alle geschikte externe digitale
bronnen.
•
Opnemen van een externe analoge bron.
• CD-RW discs kunnen niet meer dan 99 maal
worden gewist. Dit is een beperking inherent
aan het CD-RW formaat en geen defect van de
CDR 20.
Disc kopiëren
De makkelijkste manier om een kopie te maken
van een complete disc is via de ingebouwde kopi-
eerfunctie van de CDR 20.
Leg eerst een blanco of ongeformatteerde disc in
het opnamedeck %. Wanneer een disc inge-
legd wordt zal de CDR 20 eerst bepalen of het
om een CD-R of een CD-RW disc gaat en zich
vervolgens optimaal instellen voor opname. Dit
wordt aangegeven met de aanwijzing OPC in de
display K.
Leg de disc die u wilt kopiëren in het weer-
gavedeck 3 en wacht tot de inhoudsopgave is
gelezen en de display K de gegevens over
nummers en speelduur van de disc aangeeft.
Kies vervolgens de kopieersnelheid. De stan-
daardsnelheid is één op één, waarbij de opname
even lang duurt als de effectieve speelduur van de
disc. U kunt op de CDR 20 echter ook op dubbele
of zelfs viervoudige snelheid kopiëren. Druk op
snelheid I# om de snelheid te kiezen, die
dan wordt aangegeven met de indicatie snelheid
F. Als er geen snelheidsindicatie brandt is het
apparaat ingesteld op één op één opname. Hoe
lager de opnamesnelheid, des te toleranter is het
apparaat voor fouten op de blanco disc. Bij de
meeste blanco discs van goede kwaliteit zullen de
dubbele en viervoudige snelheden echter geen
problemen opleveren.
Voordat u begint met kopiëren controleren of er
voldoende ruimte op de disc is. U doet dat door
eventueel eerder opgenomen materiaal in de
display K van de totaaltijd van de opneembare
disc af te trekken. Uiteraard dient de totaaltijd
langer te zijn dan de reeds opgenomen duur.
Bent u gereed om te kopiëren, druk dan op
kopiëren B). Tijdens het proces brandt de
indicatie kopiëren H en de indicatie opname
T knippert, net als een aanwijzing BUSY
(bezet) in de display K. Wanneer beide indica-
ties weer normaal worden, plus een aanwijzing
01 00:00, drukt u op weergave/kiezen
9*˘ om het kopiëren te starten.
Tijdens het kopiëren ziet u de nummers en de tijd
lopen. De niveaumeters bewegen eveneens, maar
dat is slechts een indicatie, daar het opnameni-
veau bij digitaal kopiëren niet kan worden beïn-
vloed. U kunt tijdens het kopiëren naar de weer-
gave disc luisteren door desbetreffende ingang op
de receiver, voorversterker of processor te kiezen.
Belangrijk: Bij kopiëren op hogere snelheid (2 x
of 4 x) hoort u de weergave van de CDP uitgang
¡¢• op de hogere snelheid. Snel afspelen
verhoogt de toonhoogte van het geluid en kan uw
luidsprekers beschadigen indien op hoog volume
wordt afgeluisterd. Gebruik GEEN hoog volume
wanneer u meeluistert met kopiëren op hoge
snelheid. Het kopiëren zal automatisch stoppen
wanneer de originele disc geheel is afgespeeld.
Wanneer het kopiëren voltooid is geeft de display
BUSY (bezet) aan en vervolgens een UPDATE
aanwijzing en keert dan terug naar de standaard
indicatie. Om kopiëren zelf te stoppen drukt u op
stop N&¸ op een van beide decks.
Zoals alle opgenomen CD-R/CD-RW discs moet de
disc gefinaliseerd worden voor ze kan worden
afgespeeld op andere apparaten. Zie pagina 22
voor aanwijzingen over het finaliseren van discs.